Duitse politici bang voor grote protesten
Vooraanstaande Duitse politici hebben dinsdag naar aanleiding van de zogeheten maandagprotesten tegen bezuinigingen in het stelsel van sociale voorzieningen gewaarschuwd voor verdere radicalisering.
Maandagavond gingen in steden als Berlijn en Leipzig opnieuw tienduizenden mensen de straat op. In totaal werd het aantal deelnemers aan de demonstraties in het oosten van het land geschat op wel 70.000.
Bondsdagvoorzitter Wolfgang Thierse (SPD) zei dat de stemming „schrikbarend” is omgeslagen. De Thüringse minister-president Dieter Althaus (CDU) wees op „een toegenomen twijfel aan de democratie.” De voor de nieuwe deelstaten verantwoordelijke minister Manfred Stolpe (SPD) riep alle partijen op met vereende krachten het vertrouwen van de mensen te herwinnen. Stolpe wees er ook op dat de hervormingen slechts de spreekwoordelijke druppel zijn in een situatie waarin de mensen het gevoel hebben dat het niet erger kan. De werkloosheid, die in geheel Duitsland groot is, wordt speciaal in het oosten zwaar gevoeld.
Stolpe wilde verdere wijzigingen in de hervormingen niet uitsluiten. Hij bracht naar voren dat de Hartz-hervormingen, genoemd naar de bestuursvoorzitter van Volkswagen Peter Hartz, een kans zijn om duidelijk te maken dat „de regering naar de mensen in het oosten luistert en in een gezamenlijke dialoog de noodzakelijke veranderingen wil doorvoeren.”
Thierse wees er net als Stolpe op dat de kwestie van de hervormingen door de bevolking in het oosten wordt aangegrepen om uiting te geven aan diepgewortelde gevoelens van angst en onzekerheid. Veertien jaar na de hereniging is het oosten nog altijd het economisch zwakke gedeelte van Duitsland, dat het zwaarst getroffen wordt bij iedere schommeling in de economie.
De organisatoren van de protesten kondigden dinsdag voor eind augustus een bijeenkomst aan om hun eisen te formuleren. Vermoedelijk wordt de bijeenkomst op 29 augustus gehouden. Bondskanselier Gerhard Schröder kondigde voor woensdag een persconferentie over de zaak aan.
De rood-groene regering maakte maandag duidelijk dat verdere concessies uitgesloten zijn. De hervormingen, die deel uitmaken van een veelomvattend, hoogst onpopulair bezuinigingspakket dat de stagnerende economie moet stimuleren, zullen de uitkeringen van langdurig werklozen terugbrengen tot op bijstandsniveau en moeten de deelname aan het arbeidsproces versterken.
De maandagse protesten roepen de demonstraties uit 1989 in herinnering, die gericht waren tegen het Oost-Duitse communistische regime. Voor de regeringspartijen SPD en de Groenen zijn ze uiterst pijnlijk. Met name de SPD is beducht voor verlies bij verkiezingen die voor de komende herfst op het programma staan.