Vakantiegeld in sommige gevallen minder dan vorig jaar
De vakantie staat weer voor de deur en het vakantiegeld is binnen. Misschien is het u opgevallen. Het vakantiegeld was dit jaar in veel gevallen minder dan vorig jaar.
Met name bij inkomens vanaf 34.000 euro is het vakantiegeld dit jaar lager. Dit komt doordat bij deze inkomens meer belasting is geheven als gevolg van afbouw van de arbeidskorting.
In principe krijgt elk inkomen 8 procent van het bruto jaarsalaris als vakantiegeld uitbetaald. Mensen met een bijstandsuitkering krijgen 5 procent van het netto bedrag en bij een AOW-uitkering gelden vaste bedragen.
Het vakantiegeld bouw je maandelijks op en bij uitkering moet belasting worden betaald. Voor het vakantiegeld geldt een „bijzonder tarief.” Ten opzichte van het reguliere loon wordt het vakantiegeld op een bijzondere manier behandeld vanwege het progressieve belastingstelsel en de loonheffingskorting.
Meer belasting
De loonheffingskorting zorgt voor een verschil. Elk inkomen heeft recht op loonheffingskorting, welke kan bestaan uit de algemene heffingskorting, de arbeidskorting, de (alleenstaande) ouderenkorting, de jonggehandicaptenkorting en de levensloopverlofkorting.
De loonheffingskorting wordt maandelijks verrekend met het uit te keren loon. Dit wordt niet gedaan met het vakantiegeld. Dit zorgt ervoor dat je in verhouding meer belasting betaalt over je vakantiegeld dan over het reguliere loon.
Afgebouwd
De arbeidskorting is een korting op de loonbelasting en op de premie volksverzekeringen. Wanneer men meer verdient, bepaalt de wet dat men minder recht heeft op een belastingkorting. Daarom wordt bij een inkomen van meer dan 34.000 euro de arbeidskorting stapsgewijs afgebouwd. Ook hierdoor betaalt men dit jaar relatief meer belasting over het vakantiegeld.
„Toch vreemd”, kunt u wellicht denken. „De belastingtarieven waren toch gedaald?” Dit is inderdaad juist. De belastingtarieven zijn gedaald, maar het vakantiegeld komt bovenop het reguliere loon. Daardoor valt het vakantiegeld altijd in de voor u hoogste schijf. In combinatie met het feit dat de arbeidskorting bij hogere inkomens lager uitvalt, betaalt u meer belasting over uw vakantiegeld.
Verschil
Het verschilt wel per inkomen hoeveel extra belasting er moet worden betaald. Bij een inkomen van 36.000 tot en met 54.000 euro hoeft er nauwelijks extra belasting te worden betaald, namelijk 3 tot 5 euro.
Bij een inkomen van 72.000 euro stijgt het bedrag aan extra belasting naar 117 euro. Bij een inkomen van 90.000 euro moet zelfs 147 euro extra belasting worden betaald.
Inkomens van meer dan 98.000 euro krijgen juist relatief meer vakantiegeld. Deze inkomens komen niet in aanmerking voor de arbeidskorting, vanwege de hoogte van het inkomen.
Vorig jaar hadden deze inkomens al geen recht op de arbeidskorting en dit jaar ook niet. Aangezien de belastingtarieven zijn gedaald, krijgen deze inkomens dus ten opzichte van vorig jaar meer vakantiegeld.
De auteur is belastingadviseur bij Visser & Visser Belastingadviseurs. Reageren? fiscaal@refdag.nl