„Er is een vrij sterke groei in het olieverbruik, terwijl er weinig reservecapaciteit is”, zei president-directeur G. Kramer vrijdag in een toelichting op de halfjaarcijfers. „En in de olie-industrie draai je niet zomaar een kraantje open voor extra productie.”

De topman van Fugro waagde zich zelfs aan een vergelijking met de oliecrises in de jaren zeventig. Toen werden de prijsstijgingen eveneens ingeluid door een gebrek aan extra productiecapaciteit. De hele wereld sprak van een crisis, maar voor de bedrijven in de olie-industrie waren het „gouden jaren met een heel gezonde groei”, aldus Kramer. „Het zou ons niet verbazen als we aan het begin staan van een nieuwe reeks van goede jaren.”

Fugro heeft niet direct baat bij een hoge olieprijs. Maar door de groeiende vraag houden olieconcerns weinig speelruimte over en moeten zij op zoek naar nieuwe olievelden. Het bodemonderzoek dat daarvoor nodig is, speelt Fugro in de kaart. Het bedrijf durft nog niet te voorspellen hoe snel olieconcerns de noodzakelijke investeringen zullen doen.

De afgelopen maanden merkte Fugro al dat de werkzaamheden aantrokken. Dat compenseerde het zwakke begin van 2004, toen het bedrijf nog last had van uitstel van opdrachten.

President-directeur Kramer liet zich positief uit over de winst voor het gehele boekjaar. De nettowinst voor afschrijving van goodwill zal het resultaat van 2003 „ruim overtreffen.” Vorig jaar bedroeg dit winstcijfer 45 miljoen euro.

Ook herhaalde Fugro de verwachting dat dit jaar voor het eerst meer dan 1 miljard euro omzet zal worden gedraaid. De extra inkomsten komen voornamelijk uit het overgenomen Thales. Dit nieuwe onderdeel leverde ook de belangrijkste bijdrage aan de omzetgroei in de eerste helft van 2004. De inkomsten stegen met 20 procent tot 484 miljoen euro.