Premier Maleisië is nabestaanden MH17 uitleg verschuldigd
De Russische reactie op de bevindingen van het Joint Investigation Team (JIT) naar het neerhalen van de MH17 in 2014 wekt geen verbazing. De Russische president Vladimir Poetin liet donderdag weten dat het rapport „onvoldoende bewijs” biedt voor betrokkenheid van de Russen, om dat in een volgende zin direct aan te scherpen tot „geen bewijs.” Het Russische frame is duidelijk: het Westen is bevooroordeeld en zoekt een stok om Rusland mee te slaan.
Opmerkelijker was dat de premier van Maleisië, Mahatmir Mohamad, zich in het koor van sceptici schaarde. Het besluit om vier mannen te vervolgen wegens moord noemde hij „bespottelijk.” Maar Maleisië is een van de partners binnen het JIT, samen met Australië, België, Oekraïne en dus Nederland. De uitspraken waren des te opmerkelijker omdat de handtekening van Maleisië wél onder een gezamenlijke brief aan de VN-Veiligheidsraad staat waarin de partners hun vertrouwen in het onderzoek van het JIT uitspreken.
De 93-jarige premier van Maleisië stelde donderdag dat het onderzoek „vanaf het begin een politieke zaak is geworden, hoe Rusland te beschuldigen van wangedrag.” De bevindingen die het JIT woensdag presenteerde, zijn volgens hem „niets anders dan van horen zeggen.” Duidelijk is dat er in Maleisië intern het nodige valt te bespreken.
De suggestie van een journalist dat de opmerkingen van premier Mohamad verband houden met een recente handelsdeal met Rusland wees hij van de hand. De Europese Commissie besloot eerder dit jaar het gebruik van palmolie voor biobrandstoffen geleidelijk af te bouwen, waarop Maleisië een nieuwe afzetmarkt zocht. Daarvoor richt het land de blik naar Rusland. Het is zonneklaar dat de premier er ten minste belang bij heeft de zaak met de Russen niet op de spits te drijven.
In de internationale politiek spelen vaak pragmatische overwegingen mee, maar zeker rond de ramp met de MH17 zou waarheidsvinding voor alles moeten gaan. Het gaat hier om een ramp waarbij 298 inzittenden zijn omgekomen. Het is dan ook volkomen terecht dat minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken de Maleisische premier om opheldering heeft gevraagd.
Wat niet in het voordeel van Maleisië pleit, is de mist die nog altijd rond de verdwijning van een andere vlucht hangt, de MH370, eveneens in 2014. Een lang artikel in het tijdschrift The Atlantic, dat deze week verscheen, stelt nog eens onomwonden dat het land meer over de toedracht weet dan het wil prijsgeven. Mensen in de entourage van de piloot stellen bijvoorbeeld dat hij wel degelijk problemen in thuissituatie had, anders dan Maleisië tot nog toe beweert.
Het laatste woord rond de verdwijning van de MH370 is nog niet gesproken en over het neerhalen van de MH17 evenmin. Maar bewijzen van het JIT tafel vegen, zonder met een deugdelijke weerlegging te komen, is een grove belediging richting de nabestaanden.