Cultuur & boeken

Geslaagd een geloofwaardig portret van Lewis’ geliefde Joy

Het huwelijk van C.S. Lewis, de bekende Engelse schrijver, literatuurhoogleraar en christelijk apologeet, met de Amerikaanse Joy Davidman was een zeer onwaarschijnlijke gebeurtenis. Hun huwelijk was kort maar zeer gelukkig. Toen Joy overleed, stortte Lewis’ hele geloofswerkelijkheid „als een kaartenhuis in elkaar.”

Kees Jansen
20 May 2019 10:44Gewijzigd op 16 November 2020 16:03
Joy Davidman, met wie de Britse apologeet C. S. Lewis kort gehuwd was.  beeld Wikimedia
Joy Davidman, met wie de Britse apologeet C. S. Lewis kort gehuwd was.  beeld Wikimedia

Over zijn grote verlies schreef Lewis een boekje waarin hij zijn eigen toestand observeert en aan het papier toevertrouwt. De smart, het verlangen en de verbijstering zijn op elke pagina van het werkje tastbaar. Lewis, die twintig jaar daarvoor ”Het probleem van het lijden” had geschreven en daarmee velen perspectief en troost had gegeven, noteert na de dood van Joy zijn wanhoop en beschrijft zijn door verdriet vervormde werkelijkheid.

De intensiteit van dit verdriet roept de vraag op wie deze Joy Davidman was en hoe zij ”Mrs. Lewis” werd. Het antwoord op die vragen is de reden dat de Amerikaanse Patti Callahan er een roman over schreef, die onlangs in Nederlandse vertaling verscheen.

Joy Helen Davidman is een briljante New Yorkse schrijfster en dichteres die vastzit in een ongelukkig huwelijk met de charmante, maar grillige en overspelige alcoholist Bill Gresham. Ze is een temperamentvolle en onafhankelijk denkende vrouw met een grote diepzinnigheid en emotionaliteit die zij achter een wat ruwe pose verbergt. Zij wordt in haar geloofs- en levensvragen geholpen door de boeken van de dan al beroemde Engelse kinderboekenschrijver, Oxford-literatuurdocent en apologeet C. S. Lewis en er ontstaat een intensieve correspondentie over geloof, literatuur en persoonlijke worstelingen hiermee.

Die correspondentie mondt uit in een vriendschap met Lewis (”Jack”). Wanneer Joys huwelijk verslechtert door de ontrouw van haar man reist ze naar Engeland om even afstand te nemen, op te knappen en om aan haar literaire bezigheden te werken. En om Jack Lewis te ontmoeten. Als haar huwelijk verder verslechtert komt Joy definitief naar Engeland met haar twee zoontjes, David en Douglas, en scheidt ze van haar man. De vriendschap met Jack verdiept en intensiveert. Dan wordt bij Joy kanker geconstateerd en krijgt ze de boodschap dat ze zal sterven. Daarop trouwt Jack Lewis met haar, geneest Joy als door een wonder, en beleven ze samen nog drie zeer gelukkige huwelijksjaren totdat de ziekte terugkomt en God Joys leven neemt.

Het begin, het verloop en het einde van het boek worden bepaald door een aantal klassieke, Lewisiaanse elementen die ook in de roman het denken van Joy beïnvloeden. Allereerst is daar Aslan, de leeuw uit ”De kronieken van Narnia” en een archetype van Christus. De proloog opent met Aslan – „Jullie zouden niet om mij hebben geroepen als ik niet om jullie geroepen had”– en met de observatie dat het de Grote Leeuw was die hen bij elkaar bracht. De epiloog is een korte, fictieve reflectie van Joy over de drie jaren van hun huwelijk en beschrijft haar einde. Joy besluit haar leven, „met Aslans gebrul al in mijn oren” en fluisterend: „ik heb vrede met God.”

Ook de rol van poëzie, mythologie en sprookjes – een kenmerkend en terugkerend element in het werk van zowel Joy als Jack, is veelvuldig onderwerp van de goed geschreven dialogen. De bezieling van de natuur, die de broers Jack en Warnie in vervoering kon brengen en die mede het karakter van Narnia bepalen, komt in fraaie sfeertekeningen naar voren. Echter, tussen Aslans eerste en laatste roep naar Joy, gaat het in het boek uiteindelijk vooral over liefde. En liefde bij Lewis zijn de vier liefdes: Storge, ofwel affectie; Agape, christelijke liefde, van God, en onderling; Philia, vriendschap, en Eros, de lichamelijke liefde. Al deze liefdes zijn met elkaar verstrengelt, maar het is de Philia die in het boek uiteindelijk bezielend maar weerbarstig vooropgaat. Wanneer de onvoorwaardelijke liefdes door Joy in hun eigenheid verstaan worden voegt Eros zich bij de twee geliefden, na hun christelijke huwelijksbezegeling. Precies daar, bij de ontmoeting van Philia en Eros, eindigt het verhaal en volgt de epiloog. Om het met Lewis te zeggen: „Eros heeft naakte lichamen, vriendschap naakte persoonlijkheden.”

De geniale persoonlijkheden die Jack en Joy waren en de manier waarop zij elkaar kenden en liefhadden worden door de auteur in de roman op een integere wijze beschreven. In het naschrift erkent de auteur dat het een moeilijke opgave is om dit te doen. Wat zij schrijft is en blijft fictie. Echter, door haar grondige kennis van bijna alles wat over en door beide hoofdpersonen gemaakt en geschreven is, komt de roman toch geloofwaardig over. In Joy vindt Lewis iemand die met zijn eigen intellectuele, emotionele en existentiële diepten kan mee resoneren. Op die manier genieten ze in het boek ook van elkaar. Zo is het geheel een boeiende verkenning van de manifestaties van hun liefde en hun overgave. Het is vermoedelijk ook deze intensiteit van hun wederzijdse aanhankelijkheid die Lewis zo ontstellend ontredderd achterliet na het verlies van Joy.

Het boek, dat helemaal in de ik-persoon geschreven is, kent mooie karaktertekeningen en vaak poëtische schetsen van landschappen en plekken waar in de diepte van het leven gekeken wordt. De fictieve correspondentie en de dichtregels uit Joys poëzie boven de hoofdstukken zorgen voor afwisseling en thematische sturing van het verhaal. Zowel in vorm als in inhoud is het boek een hommage aan Joy en haar gedachtewereld. De auteur is er verrassend goed in geslaagd een geloofwaardig portret van Joy Davidman neer te zetten.

Joy, Patti Callahan; uitg. Mozaïek; 224 blz.; € 19,99.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer