„Nederlandse boer verliest grip op grond”
Nederlandse landbouwgrond is zo duur geworden, dat boeren zich steeds vaker genoodzaakt zien op zoek te gaan naar investeerders en andere ondernemingsvormen dan het traditionele familiebedrijf.
Het Financieele Dagblad citeerde vrijdag vertrekkend voorzitter Hans Huijbers van de zuidelijke boerenorganisatie ZLTO. Die voorspelde onlangs dat over 25 jaar nog maar 15 procent van de Nederlandse landbouwgrond in handen van boeren zelf is.
Probleem is dat het verdienmodel in de agrarische sector wringt. Een Nederlandse boer met 3 miljoen euro aan werkkapitaal in de vorm van grond en gebouwen creëert 300.000 euro omzet, waaraan hij een inkomen van 30.000 euro overhoudt. Huijbers opvolger Wim Bens: „Wij boeren betalen met zijn allen grond die veel te duur is en die we nooit kunnen terugverdienen.”
De gemiddelde prijs van landbouwgrond in Nederland is sinds het begin van deze eeuw ongeveer verdubbeld tot zo’n 60.000 euro per hectare in 2018. Daarmee staat Nederland op eenzame hoogte vergeleken met andere landen.
De hoge grondprijs belemmert onder meer de overname van boerenbedrijven door de volgende generatie.