ASML onder druk op gemengde beurzen
De Europese beurzen lieten donderdag een gemengd beeld zien. Beleggers deden het rustig aan in afwachting van de kwartaalcijfers van de bedrijven en hielden de ontwikkelingen rond de handelsgesprekken tussen de VS en China in de gaten. Op het Damrak stond ASML onder druk, na een bericht over spionage door China bij het bedrijf.
De AEX-index op Beursplein 5 noteerde rond het middaguur een fractie lager op 561,69 punten. De MidKap steeg 0,2 procent tot 804,52 punten. Parijs klom 0,4 procent en Frankfurt stond vlak. Londen zakte 0,1 procent. De Britse premier Theresa May krijgt tot 1 november de tijd om haar brexitdeal door het Britse parlement te loodsen.
ASML stond onderaan bij de hoofdfondsen met een min van 1,3 procent. Chinese spionnen hebben op grote schaal bedrijfsgeheimen gestolen van de Veldhovense chipmachinemaker. De daders zijn hooggeplaatste onderzoeksmedewerkers van het bedrijf, die indirecte banden hebben met het Chinese ministerie van Wetenschap en Technologie, blijkt uit onderzoek van Het Financieele Dagblad. Vastgoedconcern Unibail-Rodamco-Westfield voerde de stijgers aan met een winst van 1,5 procent.
Op de lokale markt steeg Neways Electronics 1,8 procent. De producent van elektrotechnische componenten sleepte in het eerste kwartaal flink meer orders in de wacht. Curetis zakte 3,7 procent. Het in Amsterdam genoteerde Duitse biotechnologiebedrijf leed vorig jaar meer verlies.
In Parijs kreeg LVMH (Louis Vuitton Moët Hennessy) er 4,3 procent bij en tikte de hoogste koers ooit aan. De Franse producent van luxegoederen heeft het eerste kwartaal fors meer omzet gedraaid. Vooral met de luxemerken Louis Vuitton en Christian Dior deed het bedrijf goede zaken. Concurrent Kering, eigenaar van Gucci, won 1,8 procent.
De resultaten van Sodexo (plus 5,1 procent) vielen ook in goede aarde. Het Franse schoonmaak- en cateringbedrijf boekte meer omzet in de eerste jaarhelft en handhaafde zijn financiële doelen.
De euro stond op 1,1281 dollar, tegen 1,1269 dollar een dag eerder. De prijs van een vat Amerikaanse olie daalde 0,9 procent tot 64,05 dollar. Brentolie werd 0,7 procent goedkoper op 71,22 dollar per vat.