Marle stemt zonder over te varen
Na anderhalf uur heeft in het kleinste stembureau van Nederland één kiezer gestemd. „Dat is hier in Marle een opkomst van 2 procent.”
Sappo zucht wat, Tonko schuifelt kwispelend rond, Tommie probeert op de bank een dutje te doen. De honden van de familie Westhoff zijn snel gewend aan de ongewone inrichting van hun huiskamer.
Aan de vooravond van de verkiezingsdag heeft een kleine verbouwing plaats. „Wat stoelen eruit, wat tafels erin.” Pal naast het stemhokje staan de stembussen, pal naast de bussen de tafel waarachter de drie leden van het stembureau –met Wim Westhoff als voorzitter– plechtig plaatsnemen zodra zich een stemmer meldt. „Dan doen we het wel echt even zoals het moet.”
De voordeur staat open; binnen is er koffie van de gastheer en zelfgebakken cake die stembureaulid J. Nauta steevast van zijn vrouw meekrijgt. Nauta woont aan de overkant, maar elke verkiezingsdag zit hij in Marle.
Een vaandel aan de Marledijk vertelt dat hier een van de veertien stembureaus van de gemeente Olst-Wijhe is ingericht. Al sinds 1948 stelt de familie Westhoff haar huiskamer daarvoor beschikbaar. Eerst in een oude boerderij, sinds 1988 in de huidige woning.
Marle ligt in Overijssel, maar niet over de IJssel. Zonder stembureau zouden de Marlenaren met de pont naar de overkant moeten om een stembiljet in te vullen. En als de pont vanwege hoogwater uit de vaart is, zouden ze 40 kilometer moeten omrijden.
De pont vaart nu, maar het huis op de buitendijkse terp is wel omringd door water. De geiten die de drukte op het erf nieuwsgierig bekijken en de ezels die zich geen van deze dingen aantrekken, grazen op de strookjes groen die nog droogstaan.
De achterliggende zeven jaar groeide het aantal stemgerechtigden in Marle van 47 naar 51. Vaak ligt de opkomst hoger dan 100 procent; bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2017 zelfs op 279 procent. Dat komt doordat er ook mensen van buiten Marle komen stemmen. Bij deze Kamerverkiezingen was CU-leider Segers een van de eersten. Er kwam toen zelfs een familie uit Hoorn; niet de buurtschap vlakbij die zo heet, maar de stad in Noord-Holland. „Die mensen heten Van Marle en wilden hier weleens hun stem uitbrengen”, zegt stembureaulid Annet Schrijver.
De Marlenaren zelf stemmen volgens Westhoff „rechtser dan gemiddeld.” Er zijn nogal wat CDA’ers, er is een aantal CU’ers. Eén echtpaar stemt SGP. „Niet vanwege het SGP-gedachtegoed, maar omdat die partij voor de landbouw het best is. Dat zeggen die mensen gewoon hardop.” En één keer was er in Marle „zelfs een PVV’er.”
Tommie ontwaakt als dijkgraaf Klip-Martin zich op de bank laat zakken. Waterschap Vallei en Veluwe heeft de IJssel als oostgrens en bevat daardoor ook „drie plukjes Overijssel”: Marle, Welsum en De Worp, een wijk van Deventer. Klip verwacht een goede opkomst: „Iedereen in dit landbouwgebied heeft met de provincie én het waterschap te maken.”
Vroeger liep de IJssel anders, vandaar de wonderlijke provinciegrens. Napoleon voegde de enclaves bij Gelderland. Zodra hij weg was, gingen de gebiedjes weer naar Overijssel. Dat moest ook maar zo blijven, spraken de inwoners uit tijdens een referendum. Maar stemmen, dat doen ze wel graag aan hun eigen kant van de rivier.