Column (ds. J. Belder): Welke betekenis heeft de provincie nog?
Een fors uitvouwblad ligt voor mij opengespreid. Namen, namen en nog eens namen. Een enkeling ken ik. Elkeen bedelt om mijn gunst en stem. „Smijt weg die stempas”, roepen sceptici en ontgoochelden. „Blijf thuis. Provincies en Senaat zijn relikwieën uit vervlogen tijden.” En dat waterschap dan? „Ik hoef geen linkse of rechtse dijk, wel graag een stevige, betrouwbare waterkering en verantwoord waterbeheer. Daarbij gaan deskundigheid en besef van rentmeesterschap boven partijbelangen.” Ik probeer door alle proefballonnen heen te prikken, teneinde mijn burgerplicht en stemrecht naar eer en geweten te gebruiken. Hopelijk doen alle lezers van dit schrijfseltje dat.
Ik hecht aan onze provincies. Vermoedelijk zitten emotionele, culturele en nostalgische sentimenten mij behoorlijk dwars. Blij was ik dan ook dat de provincie de aanslagen van de achter ons liggende kabinetten overleefde. Anders zaten we nu opgescheept met zeven provincies of vier landsdelen en een grote randstadprovincie. Ondertussen wordt er wel gemorreld aan de provinciegrenzen. Ter wille van gemeentelijke schaalvergroting kun je zomaar worden overgedaan. Brandstof voor de idee dat de provincie er niet meer toe doet.
Vier jaar geleden kwam slecht 48 procent van de stemgerechtigden opdraven. Een opkomst vergelijkbaar met die voor de gemeenteraden. Een signaal. De kloof tussen kiezer en het bestuur groeit.
Welke serieuze betekenis heeft de provincie eigenlijk nog? Denk slechts aan de energietransitie, de omschakeling van fossiele naar groene energie. Den Haag vindt dat er te weinig vooruitgang zit in de uitvoering van zijn opdracht (!) en gaat zelf locaties aanwijzen langs rijkswegen en kanalen. Daar zal het al grotendeels geruïneerde landschap van opknappen! Kennelijk is het kabinet doof voor het massieve verzet van de provincialen. Gevaarlijk spel. Gele en zwarte hesjes kunnen zomaar uit de kast komen.
Investeerders azen op akkergronden voor grootschalige zonneweiden, en de invloed en daadkracht van projectontwikkelaars lijkt groter dan die van provinciebesturen. En de boeren? Met slechte prijzen voor je opbrengsten verdien je een betere boterham met zonneweiden. Geef hun eens ongelijk.
Zonneweiden concurreren niet alleen met onze voedselvoorziening, maar ook met natuur en landschap. Zijn er geen alternatieven? Van de 900 vierkante kilometer daken, geschikt voor zonnepanelen, wordt maar een klein deel benut! Er zijn bovendien nog miljoenen huizen (beter) te isoleren.
De provincie kost een smak centen. Daar mogen we toch zeker wel wat meer voor terugzien. Of is ze op sterven na dood? Maar stemmen ga ik.