Opinie

Agur leert ons nederigheid in klimaatbeleid

Nu het klimaat ons echt iets gaat kosten, neemt het draagvlak af, vertelt TNO-onderzoek. Ook in de reformatorische gezindte laait de discussie op. Hebben wij wel invloed op het klimaat?

Jurian van der Ree en Willem-Jan Verdoes
12 March 2019 09:46Gewijzigd op 16 November 2020 15:29
Decennialang hebben we op te grote voet geleefd, onder meer door lang op vakantie te gaan. beeld ANP, Lex van Lieshout
Decennialang hebben we op te grote voet geleefd, onder meer door lang op vakantie te gaan. beeld ANP, Lex van Lieshout

Alleen linkse en zure mensen lijken te geloven in Global Warming. Hoe komt dat? Na een fase waarin steeds meer bewustzijn is ontstaan, zijn we nu zo ver dat het klimaatbeleid ons echt iets gaat kosten. De bereidheid om serieus in te leveren, ontbreekt echter bij velen.

Politici en bestuurders hebben hierbij een grote verantwoordelijkheid. Zeker SGP’ers, die bekendstaan als constructieve, inhoudelijke bestuurders. Laten we dus het goede zoeken.

Op te grote voet

Agur bidt in Spreuken 30:8-9: „Armoede of rijkdom geef mij niet; voed mij met het brood mijns bescheiden deels; Opdat ik, zat zijnde, U dan niet verloochene, en zegge: Wie is de Heere? Of dat ik, verarmd zijnde, dan niet stele, en de Naam mijns Gods aantaste.” Een belangrijke, wijze les.

Onze samenleving is enorm rijk in materiële zin. Zo rijk, dat we ons kunnen afvragen of we nog van het „ons bescheiden deel” kunnen spreken. Laten we daarvoor kijken naar onze ecologische voetafdruk. Deze vertelt ons hoeveel ruimte wij op de aarde gebruiken. Als iedereen zou leven als de gemiddelde Nederlander, zouden we bijna vier aardes nodig hebben… Geen „ons bescheiden deel” dus. De consequentie: mensen uit arme landen trekken door ons gedrag aan het kortste eind.

Daar zit precies de crux. Decennialang hebben we op te grote voet geleefd. Wat voorheen ondenkbaar was, is nu mogelijk door de mechanisering. We eten veel meer vlees, gaan lang op vakantie en kopen regelmatig een nieuwe iPhone. Kortom: we leiden een overdadig leven. Schaarste is niet meer de drijvende kracht achter onze economie.

Hulpmiddel

De achtergrond hiervan is dat wij sinds de industriële revolutie de aarde anders zijn gaan zien: als bron van grondstoffen. In plaats van de aarde te bewonen, zijn we de aarde gaan uitwonen. Zo komen we al tot een nadere definiëring van het probleem. Dat is niet onze overmatige CO2-uitstoot. Het zit hem in onze levensstijl.

Dit is precies waarvoor Agur waarschuwt: hoogmoed. We zien onszelf als rechthebbenden en stellen ons in de plaats van God. Dit is de kern van alle wereldproblemen. Dit inzicht zouden we juist als SGP moeten uitdragen.

Er is ook een andere kant, die we in het huidige debat veel zien. Dat is het maakbaarheidsideaal. Deze houding draait eveneens om de gedachte dat de mens aan het hoofd van de aarde staat, in de plaats van God. Alsof wij alles naar onze hand kunnen zetten met onze (klimaat)doelstellingen. Het vermogen om de aarde te beheren, zijn we sinds Genesis 3 kwijt. Als straf op de hoogmoed. Ook kort na de schepping wilde de mens al als God zijn…

Doelstellingen zijn een hulpmiddel. Verantwoord besturen betekent dat we effecten inzichtelijk willen maken. Maar laten we niet dezelfde fout maken en denken dat we alles in onze hand hebben. Onze onmacht ontslaat ons niet van onze verantwoordelijkheid. In het besef dat we geen eigenaar zijn, moeten we niet minder doen aan het klimaat. Misschien wel meer. Maar vooral anders.

Realistisch

Hoe dan? Met nuchterheid, zoals landelijke SGP-politici onlangs verwoordden. Nuchterheid betekent niet: denken dat het wel losloopt. Dat is hoogmoedig. Het betekent wel dat we de wetenschap serieus nemen. Die toont ons wat wij doen met de schepping en met onze naasten.

Naast nuchterheid is bescheidenheid nodig. Bescheidenheid laat ons niet achterover leunen, maar leert ons onze plaats kennen. Tegenover God, onze medemens en volgende generaties.

Waar nuchterheid en bescheidenheid samenkomen, ontstaat een realistisch klimaatbeleid. Dit is geen beleid dat netjes binnen de begroting past, maar beleid dat ons raakt. Het is een oefening in nederigheid. „Opdat ik, zat zijnde, U dan niet verloochene, en zegge: Wie is de Heere?”

De auteurs zijn SGP-raadslid in respectievelijk Goes en Zuidplas.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer