Cultuur & boeken

Balanceren tussen heden en verleden

Mammoeten of moordlustige edelen – via een kinderboek kom je ze tegen. Zonder al te veel inspanning lees je je zo de prehistorie of de middeleeuwen in.

4 February 2019 11:35Gewijzigd op 16 November 2020 15:13
Hoofdpersoon Tuuk weet de wolven op afstand te houden. beeld Arjan Wilschut
Hoofdpersoon Tuuk weet de wolven op afstand te houden. beeld Arjan Wilschut

Wie een historische roman begint, moet bereid zijn zich te „verplaatsen in een andere wereld”, stelde recensent Thomas de Veen vorig jaar in de NRC. „In een tijd waarin andere wetten en normen golden, andere gewoontes heersten, andere verhalen verteld werden dan de herkenbare van alledag.” Het is misschien geen wereldschokkende uitspraak, wel een essentiële.

Het kan best moeite kosten om je open te stellen voor zo’n nieuwe wereld. Maar bij drie historische kinderboeken die verschenen bij christelijke uitgevers is het in eerste instantie geen grote opgave, dat verplaatsen in een andere wereld. De boeken van Arna van Deelen, Ineke Kraijo en Leendert van Wezel zijn eenvoudig van structuur en nemen je aan de hand mee, een onbekende wereld in.

Muiderslot

Wie ”De laatste valkenjacht” van Leendert van Wezel (het derde deel in de serie ”Venster op Nederland”, bij de gelijknamige geschiedenismethode) openslaat, moet nog de meeste moeite doen. De 13-jarige ik-verteller Haco, schrijver op het kasteel van Namen, geeft uitleg over de situatie waarin hij zich bevindt: welk jaar het is (1296) en hoe de machtsverhoudingen liggen.

Het kan de lezer even duizelen, maar dankzij de sterke proloog zal die graag willen doorlezen. Haco vertelt daar dat hij per ongeluk getuige was van de opdracht tot een moord en dat hij tevergeefs alles heeft gedaan om die moord te voorkomen. Dat triggert natuurlijk.

Het boek beschrijft de tocht naar het Muiderslot die Haco onderneemt om Floris V –want dat is degene die uit de weg geruimd moet worden– te waarschuwen voor het moordplan. Voor Haco is het erg belangrijk dat zijn missie lukt, want graaf Floris betekent veel voor hem. Toen Haco nog baby was, redde Floris hem uit een brandende boerderij.

Mammoeten

”Oog in oog met een reuzenos” van Ineke Kraijo speelt zich –origineel!– af in de steentijd. Tenten, vellen, wolven en mammoeten vormen het decor. Dat primitieve leven, waarbij het vangen van een mammoet een must is om in leven te blijven, staat mijlenver van de moderne lezer af.

Kraijo, die meermaals werd bekroond met de christelijke kinderboekenprijs Het Hoogste Woord, vertelt het verhaal vanuit het perspectief van de 10-jarige Tuuk. Zo komt het voor jonge lezers dichtbij. Ze laat zijn moed en zijn successen zien, maar ook zijn twijfels en teleurstellingen. Tuuk is een geloofwaardig personage, de plot is mooi afgewerkt en her en der staan mooie zinnen, maar het geheel haalt niet het niveau van eerder werk van haar.

Kinderdijk

Het derde boek, ”Het woeste water”, sleept je hoe dan ook mee. Hoofdpersoon Beatrijs woont in Kinderdijk, kort na de Sint-Elisabethsvloed. Ze is dochter van een molenaar – hoewel, bijna op het eind van het boek blijkt dat dat anders ligt. Tijdens een hevige storm is ze alleen thuis. Ze durft niet naar buiten om de molen stil te zetten. Daardoor breekt er een wiek, en haar vader houdt Beatrijs hiervoor verantwoordelijk. Hijzelf staat voor een grote uitdaging: van de dijkgraaf moet hij de molen repareren, maar hoe doe je dat als je geen geld hebt om hout te kopen?

Ondanks de andere leefwereld zijn de morele dilemma’s waarvoor Beatrijs komt te staan herkenbaar voor kinderen van nu. Moet ze verraden dat haar vader hout heeft gestolen? Wat doe je als je vriend –die als ”gek” te boek staat– onterecht de schuld krijgt? En was het goed om hem op te zoeken in het rechthuis, of had ze thuis moeten blijven om haar ouders te helpen?

Welwillendheid

Om terug te komen op het begin: enige welwillendheid moet je als lezer altijd hebben bij het lezen van historische (kinder)boeken. Om je over te geven aan die heel andere tijd. Maar zeker bij –doorgaans weinig gecompliceerde– kinderboeken rol je vaak al tijdens de eerste bladzijden comfortabel een ander tijdperk in, zonder al te veel inspanning.

Vooral belangrijk is dat je als lezer bereid bent mee te bewegen richting de mores van de wereld van toen. Een wereld waarin –in het geval van ”De laatste valkenjacht”– heel wat dodelijke pijlen worden afgeschoten. Waarin een dolk heus niet enkel wordt gedragen om te imponeren.

Een wereld waarin –in ”Oog in oog met een reuzenos”– stamhoofd Wijze Wig hoe dan ook respect krijgt als leider, zelfs al behandelt hij Tuuk overduidelijk niet fair.

Een wereld ook waarin het heel begrijpelijk is dat Beatrijs –in ”Het woeste water”– concludeert dat ze „een slechte dochter” is, terwijl alles in het verhaal roept dat ze een braaf kind is, vol moed, zelfopoffering en meeleven.

Strenge vader

Natuurlijk helpen auteurs, zeker die van kinderboeken, de lezer ook graag een handje om het verleden te begrijpen. Of beter: om heden en verleden naar elkaar toe te trekken. Dus heeft Haco het er in ”De laatste valkenjacht” moeilijk mee dat zijn achtervolgers dood op de grond liggen. Zeker die ene jongen van zijn leeftijd. „Ik keek naar zijn gezicht. „Dood”, zei ik (…). En toen nog een keer: „Dood.” Vooral om iets te zeggen en niet te hoeven denken. Ik draaide me weg van de jongen.”

Dus trekt Tuuk in ”Oog in oog met een reuzenos” zijn eigen plan als hij ziet dat Wijze Wig steeds minder in staat is om goede keuzes te maken. En dus hoeft Beatrijs niet haar leven lang te worstelen met een strenge, afkeurende vader, maar komt hij tot inkeer en vraagt hij haar vergeving voor zijn daden en voor de manier waarop hij met haar omging.

Misschien is dat wel de juiste weg. Laten zien aan lezers hoe anders de wereld er ooit uitzag. En tegelijk touwtjes zoeken om de twee tijdperken –toen en nu– te verbinden. Vanuit de grondhouding dat het altijd balanceren zal zijn tussen de leefwereld van het heden en die van het verleden.

Het woeste water

”Het woeste water” is gebaseerd op de legende over de baby die de Sint-Elisabethsvloed (1421) overleefde doordat een poes het drijvende wiegje in evenwicht hield. Arna van Deelen –die eerder historische kinderboeken schreef over een kinderkruistocht en over Franciscus van Assisi– maakte een overtuigend portret van het geredde en in het boek inmiddels 10-jarige meisje. Het verhaal heeft qua thematiek (schuld, verantwoordelijkheid, identiteit, teleurstelling in de kerk) en symboliek veel in zich, en is tegelijk goed gedoseerd en nergens te zwaar.

Bij de twee andere boeken ligt de nadruk sterker op actie en avontuur. Beide boeken hebben een eenvoudiger plot dan ”Het woeste water”. ”Oog in oog met een reuzenos” is een van de weinige kinderboeken die zich afspelen in de steentijd. In het verhaal, waarin de 10-jarige Tuuk wil bewijzen dat hij prima mee op jacht kan, geeft Ineke Kraijo een inkijkje in het leven in de prehistorie. ”De laatste valkenjacht” van Leendert van Wezel is gebaseerd op de geschiedenis van de moord op Floris V door edelen. In een ik-verhaal vertelt hoofdpersoon Haco hoe hij het leven van graaf Floris had willen redden.

Boekgegevens

Het woeste water, Arna van Deelen; uitg. De Banier; 123 blz.; € 9,95.

Oog in oog met een reuzenos, Ineke Kraijo (ill. Arjan Wilschut); uitg. Columbus; 85 blz.; € 9,95;

De laatste valkenjacht, Leendert van Wezel; uitg. Columbus; 100 blz.; € 9,95.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer