Levenslessen in fantasievol boek van Dave Eggers
De 12-jarige Gran Bloempjes ontdekt dat zijn klasgenoot Catalina Catalan op een willekeurige plek een handgreep in het zand plaatst en vervolgens een ondergrondse wereld vol tunnels opent. Wanneer hij haar volgt, ziet hij dat de gangen door haar worden gestut met de meest uiteenlopende voorwerpen: een rechtopstaande duikplank, een autobumper of de stok van een polsstokhoogspringer bijvoorbeeld.
Zo probeert ze zinkgaten te voorkomen, waardoor gebouwen in de diepte dreigen te verdwijnen. Ook is er de strijd tegen de Holtes, die aangetrokken worden door wanhoop en alles willen vernielen.
„Fantasie, mysterie en vriendschap” zijn de terechte trefwoorden op het omslag van dit jeugdboek (10+) van de Amerikaanse schrijver Dave Eggers. Het boek heeft 113 hoofdstukken, die soms maar uit een enkel woord bestaan. Het perspectief wisselt tussen Gran en Catalina en de verteller neemt ook een paar keer zelf het woord om zijn bedoeling duidelijk te maken. Zo zegt hij: „Een belofte is als de aarde onder ons. Ze moet betrouwbaar zijn. Zo is het ook met beloften. Ze houden ons overeind.”
Echt verrassend of spannend wordt het verhaal niet, maar het leest door de bondige schrijfstijl heel gemakkelijk. Voor kinderen die van een fantasierijk verhaal houden is dit boek een pageturner. En wellicht begrijpen ze de levensles van Eggers: als niks lijkt wat het is en de grond onder je voeten dreigt weg te zakken, moet je er met elkaar de schouders onder zetten.
Boekgegevens
De tunnels, Dave Eggers; uitg. Moon; 349 blz.; € 16,99.