Experts: Andere waarborg mogelijk na afpakken paspoort
Een minister of staatssecretaris van Justitie hoeft geen beroep in te stellen tegen zijn eigen besluit om iemand die uitreist en deelneemt aan de gewapende jihadstrijd de Nederlandse nationaliteit te ontnemen.
Dat staat in een rapport van de Rijksuniversiteit Groningen, waarover de Eerste Kamer zich dinsdag boog.
Het vorige kabinet vond in beroep gaan noodzakelijk, zodat de betrokken jihadist die onwetend blijft van het besluit en daardoor afziet van verweer toch gewaarborgd is van een zorgvuldige procedure. Dit tot ergernis van SGP-senator Van Dijk. „Deze maatregel grenst aan het absurde”, zei hij twee jaar geleden in een debat.
Via een motie van de SGP’er droeg de Senaat minister Blok (toen van Justitie) vervolgens op om op zoek te gaan naar een alternatief. Een andere constructie is voorhanden, zo blijkt uit het Groningse rapport. Het noemt de zogenaamde bekrachtigingsprocedure, in het bestuursrecht een nieuw fenomeen, als „een serieus te overwegen alternatief.”
De minister blijft daarbij bevoegd om zonder voorafgaande strafrechtelijke veroordeling het Nederlanderschap in te trekken van jihadisten die elders meevechten met een terroristische organisatie en is daarna alleen verplicht de bestuursrechter te verzoeken dat besluit te bekrachtigen.
„In een debat over de rechtsstaat in februari ga ik de minister vragen de regeling te schrappen of tenminste te heroverwegen”, aldus Van Dijk dinsdag desgevraagd. „Er is geen reden om deze mate van rechtsbescherming te bieden aan een uitreizende jihadist.”