Commandeur NAVO-vloot Middellandse Zee: Russen werken aan verhoogde gereedheid
De Nederlandse commandeur Boudewijn Boots leidt het permanente NAVO-vlootverband in de Middellandse Zee. Daar komt hij steeds meer Russische schepen tegen. „We zien, voelen en horen meer van elkaar.”
Met zijn internationale staf neemt Boots intrek op het vlaggenschip Zr.Ms. Evertsen. Het fregat vertrok zaterdagmiddag vanuit Den Helder voor zes maanden richting Middellandse Zee. De Evertsen lost zusterschip Zr.Ms. De Ruyter af. Sinds de zomer van 2018 voert Nederland een jaar lang het bevel over het eskader met ondermeer Turkse, Griekse en Canadese schepen. Met Boots (54) aan het roer. Vorig jaar nam de vloot deel aan een oefening op de Zwarte Zee en deed het Oekraine aan als steunbetuiging na de Russische annexatie van de Krim.
Heksenketel
Vlak voor vertrek zaterdagmiddag is het een heksenketel aan boord van Zr.Ms. Evertsen, een luchtverdedigings- en commandofregat van de Koninklijke Marine waarop zo’n 200 mensen werken. Familieleden nemen afscheid, opstappers zoeken in de nauwe gangen van het schip naar een slaapplek, de laatste zaken moeten nog snel worden geregeld. Voortdurend klinken er snerpende mededelingen via de boordomroep.
Commandeur Boots jaagt ergens in het hart van het schip zijn echtgenote van de bank in het verblijf dat hij deelt met de commandant van de Evertsen en steekt van wal over zijn missie. „Er is in en om de Middellandse Zee nogal wat aan de hand: migratie, de houding van de Russen, het conflict in Syrië en de chaos in Libië.”
Is het NAVO-vlootverband dan bedoeld om de Russen in de gaten te houden en misschien wel wat te intimideren? Boots, voorzichtig: „We zien, voelen en horen meer van elkaar. Russische gevechtsvliegtuigen die laag overkomen, een inspectierondje van een helikopter en veel meer Russische schepen in het gebied.” Boots wordt er „niet zenuwachtig van”, zegt hij. „Maar de Russen werken aan een verhoogde gereedheid, dat merk je aan alles.”
Radars
Wat de Russen in het luchtruim boven Syrië doen, kunnen schepen als De Ruyter en Evertsen met hun sterke radars zien. „Vergaren van informatie is voor militairen vanzelfsprekend. Wij kunnen met onze systemen zien wie wat doet boven land.” Hoe dicht hij bij Syrië of Libië komt, wil Boots niet zeggen. „Let wel: we komen nooit in andermans territorium.”
Landen als Turkije, Bulgarije en Roemenië zijn volgens de Nederlandse commandeur blij met de NAVO-presentie in de Middellandse Zee. „De Turken zijn nogal gespannen. Zij staan internationaal natuurlijk onder druk. Dat merk je aan de officieren. Die willen juist alles goed doen. Voor Georgië en Oekraine is samenwerking met ons belangrijk. Als NAVO helpen we ze hun krijgsmachten op te bouwen.”
Dominee
Vlootpredikant Tijs Oosterhuis fungeert de komende maanden als geestelijk verzorger op Zr.Ms. Evertsen. De vrijgemaakt-gereformeerde Plantagekerk in Zwolle zond hem begin vorige maand uit. „Ik ben aan boord dominee in een seculiere wereld”, zegt Oosterhuis (57) zaterdag kort voor vertrek. „Aan boord zijn gelovigen, maar veel meer mensen die nergens aan doen. Voor iedereen wil ik een luisterend oor zijn. De mannen en vrouwen moeten hun verhaal kwijt kunnen.” De vlootpredikant –VLOP in marinejargon– is volgens Oosterhuis iemand die tussen de rangen doorfietst. „Aan boord heerst een sterke hiërarchie. Korporaals, onderofficieren, officieren; het zijn gescheiden circuits. Ik ben een beetje het cement tussen die lagen.”