Klimaatplannen nog niet definitief
De klimaatplannen die vrijdag zijn gepresenteerd, zijn nog niet definitief. Ze zullen worden doorgerekend en dan pas hakt de politiek de knopen door. Dat onderstreepte vrijdag zowel premier Mark Rutte als klimaatminister Eric Wiebes. Zij prezen weliswaar de voorstellen die door voorzitter Ed Nijpels van het Klimaatberaad op tafel zijn gelegd, maar volgens Rutte „beslist uiteindelijk de politiek”. En Wiebes: „Een ontwerp is nog geen akkoord.”
Het Centraal Planbureau en het Planbureau voor de Leefomgeving zullen de doorrekening van de voorstellen verrichten. Ze kijken daarbij niet alleen of het doel (minstens 49 procent CO2-reductie in 2030) wordt gehaald. Ook de vraag of de samenleving de maatregelen kan meemaken, speelt volgens Rutte en Wiebes een sleutelrol.
Veel burgers maken zich grote zorgen over de oplopende kosten van hun energiegebruik die het gevolg zouden zijn van de klimaatplannen. Volgens een deel van de oppositie is ingrijpen helemaal niet nodig. De PVV spreekt in een reactie van „totale waanzin” en „een financiële ramp”. Linkse partijen vrezen dat de klimaatkosten te veel worden afgewenteld op de burgers. Milieuorganisaties en de FNV lieten daarom donderdag weten zich niet achter het concept te kunnen scharen.
De regeringsfracties lijken ook niet geheel op één lijn te zitten. D66 is dik tevreden over het conceptakkoord. Volgens fractieleider Rob Jetten zet dat „het land definitief in de groene stand”. Ook de ChristenUnie prijst de voorstellen. Partijleider Gert-Jan Segers vindt dat nu „de route naar Parijs is uitgestippeld”.
Maar CDA-leider Sybrand Buma wijst erop dat het pakket „haalbaar en betaalbaar” moet zijn. Hij onderstreept dat de plannen nog niet definitief zijn. VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff wil dat mensen gestimuleerd worden duurzame keuzes te maken. Maar hij vindt niet dat ze op kosten gejaagd moeten worden „als ze die keuze níet hebben.”
Het klimaatakkoord bevat zo’n zeshonderd maatregelen, variërend van het duurzamer maken van woningen tot het stimuleren van auto’s die geen CO2 uitstoten en energiebesparing door de industrie. Het kwam tot stand na langdurige onderhandelingen, waarbij tientallen belanghebbende partijen betrokken waren. Volgens Rutte is daarbij gewerkt „in de best mogelijke poldertradities, door te zoeken naar zoveel mogelijk draagvlak”.