Banken bij verliezers op groen Wall Street
De aandelenbeurzen in New York zijn maandag met winsten gesloten. Aanhoudende handelsspanningen tussen de VS en China blijven het sentiment bepalen, evenals de dalende olieprijzen en de onzekerheid over de brexit-deal. Dat laatste zette vooral de financiële fondsen in New York onder druk.
De leidende Dow-Jonesindex sloot uiteindelijk met een winst van 0,1 procent op 24.423,26 punten. De brede S&P 500 eindigde de sessie met een plus van 0,2 procent op 2637,72 punten. De Nasdaq won 0,7 procent tot 7020,52 punten.
De spanningen tussen de VS en China staan nog altijd op de voorgrond na de arrestatie van een topbestuurder van Huawei. Maandag werd de hoorzitting hervat waarin wordt bepaald of Meng Wanzhou al dan niet op borgtocht vrijkomt.
Dat de Britse premier Theresa May een stemming over de brexit uitstelde, deed met name de bankaandelen geen goed. Een harde brexit zou slecht zijn voor de wereldwijde economische groei. Dat zou weer een reden voor de Federal Reserve kunnen zijn om de rentetarieven minder snel te verhogen. Wells Fargo, Bank of America, Citigroup en JPMorgan Chase verloren tot 2,9 procent.
Apple (plus 0,7 procent) maakte een eerder verlies meer dan goed na een uitspraak door een Chinese rechter in het nadeel van de techreus. Dat bericht werd door Qualcomm wereldkundig gemaakt. De chipreus (plus 2,2 procent) had in de Volksrepubliek een rechtszaak tegen Apple aangespannen wegens inbreuk op patentrechten. Ook andere chipmaker als Nvidia en Broadcom gingen vooruit. Facebook won 3,2 procent. Het bedrijf maakte meer ruimte vrij voor de inkoop van eigen aandelen.
Verder stonden defensiebedrijven als Lockheed Martin, Raytheon Co en Nothrop Grumman overduidelijk bij de winnaars. President Trump steunde het voorstel van een defensiebudget van 750 miljard dollar. GoPro verloor 1 procent. De maker van actiecamera’s verplaatst een deel van zijn productie van China naar de VS.
Een vat Amerikaanse olie kostte 3,4 procent minder op 50,84 dollar. Brentolie daalde 1,5 procent in prijs tot 60,76 dollar per vat. De euro noteerde op 1,1355 dollar, tegen 1,1369 dollar tijdens het slot van de Europese beurzen eerder op de dag.