Consumentenprijzen stijgen met 2 procent
Nederlandse consumenten betaalden in november 2 procent meer voor goederen en diensten dan een jaar eerder. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). In oktober gingen de prijzen op jaarbasis nog met 2,1 procent omhoog.
De prijsstijging schommelt al vijf maanden rond de 2 procent, merkt het statistiekbureau daarbij op. De consumentenprijsindex is een belangrijke indicator van inflatie, maar is niet hetzelfde. De index geeft de prijsontwikkeling weer van een pakket goederen en diensten, zoals dagelijkse boodschappen, kleding, benzine, huur en verzekeringspremies. Inflatie is breder, want bijvoorbeeld ook industriële producten, aandelen en grondstoffen veranderen van prijs.
De stijging van de consumentenprijzen nam af door de prijsontwikkeling van autobrandstoffen. Zo kostte bijvoorbeeld benzine in november vrijwel evenveel als een jaar eerder. In oktober betaalde men voor benzine op jaarbasis nog 8,1 procent meer. Daarentegen had de prijsontwikkeling van voeding een opwaarts effect op de stijging van de consumentenprijzen.
Naast de consumentenprijsindex berekende het CBS ook de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex, waarbij geen rekening wordt gehouden met bepaalde woonkosten. Volgens deze methode stegen de prijzen in Nederland 1,8 procent, tegen 1,9 procent in oktober. Dat is minder dan in de eurozone als geheel, waar de consumentenprijzen in november met gemiddeld 2 procent omhoog gingen.