Stork ziet de oude Fokkers maar al te graag op de startbaan terugkeren. Een vliegende Fokker heeft namelijk onderhoud nodig en daar verdient het bedrijf aan. Sinds begin vorig jaar heeft Stork voor 120 Fokker 50’s en Fokker 100’s een nieuwe eigenaar gevonden in onder meer Australian Airlines, JetsGo en Air Astana.

Zij hebben één ding gemeen: ze willen zo goedkoop mogelijk vliegen. „Maatschappijen kunnen voor een betrekkelijk lage prijs een goed vliegtuig aanschaffen. Het onderhoud is voordelig en er kan nog tien jaar mee gevlogen worden”, stelde een woordvoerder van Stork gisteren.

De Fokkers komen op de markt doordat luchtvaartmaatschappijen hun vloot onderhanden nemen. Ze ruilen de vliegtuigen in voor toestellen waarvan ze er al veel hebben. Door deze uniformering nemen de totale onderhoudskosten af. „American Airlines heeft bijvoorbeeld 1200 toestellen. De 75 Fokker 100’s vormen daarbinnen een minderheid”, geeft de zegsman als voorbeeld.

Het ombouwen van een Fokker 50 of 100 kost maximaal 2,5 miljoen euro. Zo kan de Fokker 100, een straalvliegtuig, worden omgebouwd tot luxe zakenjet en de Fokker 50 tot kustwachtvliegtuig. Wereldwijd zijn er nog ongeveer vijftig Fokker 100’s die in aanmerking komen voor een herstart. Hoeveel Fokker 50’s nog rondvliegen, is niet bekend.