Ds. Mensink: Protestantse Kerk nadert kruispunt rond huwelijk
De leden van de generale synode van de Protestantse Kerk in Nederland spreken volgende week in Doorn over het huwelijk en de inzegening daarvan in de kerkdienst. „De kerk nadert een kruispunt”, aldus ds. A. J. Mensink donderdag in De Waarheidsvriend.
„Moet het huidige onderscheid tussen heteroseksuele en homoseksuele relaties verdwijnen, en dus ook het onderscheid tussen inzegenen en zegenen?” zo vat de voorzitter van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond binnen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) het vraagstuk samen waarover het volgende week gaat. Hij wijst erop dat in de Nederlandse Hervormde Kerk al tussen 2001 en 2004 een discussie is gevoerd over homoseksualiteit en relaties. „Dat die discussie op dat moment gevoerd werd, heeft naar twee kanten een schadelijke keerzijde gehad. Enerzijds gaf het synodebesluit om ook homoseksuele relaties te zegenen bij velen de doorslag om zich niet te laten meenemen in de Protestantse Kerk. Anderzijds is de kerkelijke en pastorale bezinning op homoseksualiteit onder een oneigenlijke druk gevoerd.” Volgens ds. Mensink is die bezinning „ook kerkbreed” nog niet afgerond.
Ideologische sfeer
De predikant uit Elburg merkt op dat rond homoseksualiteit in de huidige tijd een ideologische sfeer hangt. „Het seculiere denken heeft seksualiteit tot identiteitsbepalend verheven, en dwingt ons dus alle mogelijke seksuele varianten te aanvaarden omdat we anders ménsen afwijzen. En dat doe je niet. Zeker in de kerk niet, waar wij niemand uitsluiten op grond van zijn of haar identiteit, geslacht, ras of afkomst.”
Ds. Mensink stelt dat de kerk zich moet afvragen „in hoeverre wij een knieval maken voor de geest van de wereld als we homoseksuele relaties gelijkstellen aan het Bijbelse huwelijk en dat op dezelfde wijze inzegenen.”
Hij noemt het „beangstigend” dat de meerderheid van de synode het moderamen heeft gedwongen om met een voorstel te komen dat „nog verder gaat” dan de huidige ordinanties.
„Wordt de kerk in haar denken gelijkvormig aan de wereld, dan wordt zij met duisternis geslagen en verliest zij haar licht voor God en deze wereld. In die zin is de komende synodevergadering een kairos, een beslissend moment, om al dan niet Jezus als Kurios te belijden als haar enige Heere en Koning.”
Wat ds. Mensink betreft is de tijd voorbij dat de kerk in haar definitie van het huwelijk kan aansluiten bij wat de Nederlandse overheid in het Burgerlijk Wetboek bepaalt. „In de toekomst liggen allerlei varianten open van wat een huwelijk kan zijn. Tegenover de maatschappelijke ontbinding die hiermee gepaard gaat, zal de kerk blijven spreken over het huwelijk van man en vrouw als heilzame ordening van de samenleving, als heilzame bedding voor de opvoeding en het ontwikkelen van identiteit van een nieuwe generatie. We zijn er goed mee, als we de inzettingen van de Heere liefhebben en bewaren.”