Migrantenkaravaan wendt in wanhoop de blik noordwaarts
De Verenigde Staten zetten zich schrap voor de komst van een karavaan van duizenden migranten die op de zuidgrens afkoerst. Een ongewenste invasie of een begrijpelijke wanhoopsdaad? „Ik hoop dat God het hart van president Trump week maakt.”
Als een lang menselijk lint slingert een bonte verzameling asielzoekers zich door het Mexicaanse landschap. Honderden kilometers hebben ze afgelegd sinds hun vertrek op 12 oktober uit Honduras. Twee grenzen zijn ze al overgestoken: die van Guatemala en Mexico. Niets lijkt hen nog van hun einddoel af te houden: een nieuw bestaan opbouwen in droomland Amerika.
De migranten zijn niet zomaar uit hun geboorteland vertrokken. Misdaad, drugs en inktzwarte economische vooruitzichten nopen de asielzoekers hun blik noordwaarts te wenden. Een leven in de Verenigde Staten is in hun ogen dé garantie voor een betere toekomst.
Dat veel migranten ronduit wanhopig zijn, mag wel blijken uit de offers die ze zich getroosten. Ze laten letterlijk alles achter: huis en haard –hoe schamel ook–, familie en vrienden. Te voet gaan ze op weg, niet wetend waar de reis eindigen zal. Er zijn al diverse doden gevallen bij ongelukken met pick-ups waarop zich veel te veel mensen hadden verzameld. Ouders zijn onderweg hun kinderen uit het oog verloren.
„We móésten gaan”, legt Josefa uit. De Hondurese grootmoeder probeerde vier jaar geleden al eens naar de Verenigde Staten te komen. Haar dochter was ontvoerd en verkracht. Verder dan Mexico kwamen ze toen niet. Haar kind gaf echter niet op. Ze wist de VS binnen te komen, maar zit daar vast omdat ze geen geldige papieren heeft. „Ik heb al maanden niets van haar gehoord”, verzucht Josefa.
Linder is zijn zoon kwijt geraakt in het gewoel van de karavaan. „Ik blijf zoeken, want ik kan zonder hem niet leven”, vertelt hij in tranen. Een jonge moeder klemt haar baby tegen zich aan. „We hebben zo veel gelopen en geleden. Het is heel moeilijk elke dag mijn kind weer te eten te geven. Maar ik zal er alles aan doen om haar een beter leven te geven. Ik hoop dat God het hart van president Trump week maakt, zodat we de VS binnen mogen.”
Niet van plan
Dat is Trump vooralsnog niet van plan. Hij heeft de migranten al meermalen gewaarschuwd op hun schreden terug te keren. Hij beschouwt de karavaan als een „illegale invasie” en is bovendien bang dat zich allerlei criminele elementen onder de asielzoekers hebben gemengd. Om de dreigende toestroom het hoofd te bieden, heeft de president duizenden extra militairen naar de grens met Mexico gestuurd. Ook heeft Trump aangekondigd de asielwetgeving aan te scherpen.
Het is juist die reactie die de kwestie zo prominent in het nieuws brengt. Jaarlijks proberen honderdduizenden Zuid-Amerikaanse gelukszoekers de Verenigde Staten binnen te komen. De meesten worden in Mexico al tegengehouden en gedeporteerd – zo’n 400.000 per jaar. Daar wordt nauwelijks over bericht.
Duizenden halen het echter wél – al dan niet legaal. En dat houdt ook de deelnemers aan deze karavaan –letterlijk– op de been. „Als ik in Honduras blijf, ben ik aan de bendes overgeleverd”, zegt Roberto, terwijl hij zijn schamele bezittingen op zijn rug hijst. „De keuze is in het land blijven en sterven, of weggaan.” Hij is zeker niet de enige voor wie dat geldt.