Borst bekijkt tarieven psychotherapeuten
Minister Borst van Volksgezondheid wil vooralsnog geen toezeggingen doen om de tarieven voor de vrijgevestigde psychotherapeuten te verhogen. Wel vraagt ze het College Tarieven Gezondheidszorg (CTG) zich over de kwestie te buigen en mogelijke oplossingen te bedenken.
De bewindsvrouw zei dat donderdag in de Tweede Kamer, die opheldering wilde over de ontevredenheid van de vrijgevestigde psychotherapeuten. Die dreigen per 1 april met een patiëntenstop, omdat ze sinds 1994 geen hogere tarieven voor hun werk meer hebben gekregen.
Borst sprak tegen dat deze beroepsgroep de afgelopen jaren niet meer geld heeft ontvangen. Het CTG heeft tussen 1994 en 2001 het zogeheten macrobudget met 26,5 procent bijgesteld om de hogere lonen en prijzen te betalen. Uit het extra geld om de wachtlijsten te bestrijden, kwam de afgelopen drie jaar nog eens 7 miljoen euro voor psychische hulp.
„Maar het extra geld is vooral in volume omgezet: meer mensen zijn geholpen. Op zich is dat prijzenswaardig maar dat betekent ook dat hun inkomen niet is gegroeid”, zei Borst. Ze ziet nu geen mogelijkheden meer het macrobudget weer te laten stijgen, maar wil bij de voorjaarsnota zoeken naar extra geld voor de geestelijke gezondheidszorg.
De vrijgevestigde psychotherapeuten vallen als enige aanbieder van ambulante psychotherapie niet onder de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en niet onder de Wet tarieven gezondheidszorg (Wtg). Hoewel het CTG er daarom geen bemoeienis mee heeft, hoopt Borst toch dat het college voor 1 april komt met een oplossing of een richting daartoe zodat de sector van de actie afziet. Andere mogelijke oplossingen, zoals opname in het zorgverzekeringspakket, laat ze aan het volgende kabinet over.