Opinie

Eckhart niet goed begrepen

Eckhart is moeilijk te begrijpen. Dr. C. A. Tukker erkent dat hem dat ook geldt en dat hij in zijn publicaties niet het juiste beeld van de middeleeuwse monnik heeft geschapen.

13 July 2004 14:28Gewijzigd op 14 November 2020 01:25

Zeer dankbaar ben ik drs. Wolf voor zijn commentaar op wat ik zoal in de verschillende delen van ”Bronnen bij de belijdenis” over Eckhart te berde heb gebracht en wat Adolf von Harnack als een der eersten stelde, namelijk: Grote scholastici zijn (waren) ook grote mystici. Collega Wolf heeft reeksen van jaren zich met niemand anders zo intensief beziggehouden als met Eckhart en mag naar mijn idee een van de weinige specialisten op dit gebied genoemd worden.

Wanneer ik hem goed verstaan heb, leest hij Eckhart tegen de achtergrond van Anselmus van Canterbury en de eenheid van geloof en wetenschap. In Wolfs eigen woorden heet het een verbinding van nieuwe natuurkundige kennis en wetenschappelijke methodiek enerzijds met theologische kennis, anderzijds met christelijk geloof. Op grond hiervan keert Wolf zich fel tegen de mensen die Eckhart en anderen tot de mystiek rekenen. Immers, zo verliezen Eckhart en de zijnen hun betekenis. Bovendien kent men in dat geval een verkeerde betekenis aan het woord mystiek toe. Het gaat Eckhart om het leven dat wij hier en nu ontvangen.

Uit het oog
Bovenstaande zinnen vormen een regelrecht protest tegen de visie van Adolf von Harnack en anderen dat grote scholastici ook per definitie grote mystici waren. Zij die deze mening aanhangen, dringen volgens Wolf niet door tot de eigenlijke betekenis van hun ontwerpen, maar leiden heen tot een theoretische discussie die ons de werkelijkheid uit het oog doet verliezen.

Vanzelfsprekend ben ik Wolf dankbaar voor de manier waarop hij poogt de neuzen van Eckhart-beoordelaars in dezelfde richting te krijgen, en zelfs ben ik geneigd te denken dat hij daar voor een goed deel in geslaagd is. De specialist op het gebied van de Middeleeuwen, Arnold Angenendt, heeft ons door zijn uitstekende boek ”Geschichte der Religiosität im Mittelalter” laten zien hoeveel bonter de wereld van de Hoge Middeleeuwen is dan wij ons doorgaans voorstellen, en dus is een begrip zoals mystiek ook slechts een hulp om ons verder te laten gaan in ons pogen een wereld in kaart te brengen.

Er zijn echter begrippen (zoals scholastiek) die de waarheid dichter benaderen dan andere (zoals mystiek). Zo kan ik mij de tijd van Thomas van Aquino en van Meister Eckhart (geboren rond 1260; waarschijnlijk gestorven in 1327) niet voorstellen zonder de strijd tussen nominalisme en realisme. Otto de Jong wijst er in zijn kerkgeschiedenis op dat rede en openbaring beide door God gewild waren en dat dus de stelsels van Aristoteles en andere oosterse en Griekse schrijvers ingepast moesten worden in de christelijke wijsbegeerte. De aanhangers van de bedelorden, die mobiel waren, bevolkten de nieuwe universiteiten van Parijs, Bologna en Oxford, en met hen kwamen de begrippen van realisme en nominalisme binnen.

Eerst
Wat was er eerst: de kip of het ei? Wat had de voorrang: de algemene begrippen (nomina) of de vaststaande waarheid (res)? En hoe zag die waarheid eruit wanneer William Ockam in de eerste helft van de veertiende eeuw beweren kan: Ik geloof omdat het absurd is, en dus een tegenstelling schept tussen geloof en rede?

Het zou niet getuigen van gezond verstand om die periode van de kerkgeschiedenis, waarin zo veel gebeurd is, te schrappen en te beweren dat een man als Eckhart niet te midden van deze spanningen geleefd heeft.

Van Eckhart geldt, voorzover ik zien kan, dat hij als dominicaan (preekbroeder) zich heeft ingezet voor de overtuiging dat God het enige zijn is en tegelijk dat dit zijn in alles werkt. Zijn tijdgenoten hebben hem op dit punt niet verstaan en meenden dat het goddelijke en het menselijke in zijn geval te dicht bij elkaar gebracht werden. Daarom werd hij verdacht van ketterij, maar deze ongegronde verdachtmaking heeft weinig met de vraag te maken of grote scholastici per definitie ook grote mystici waren. Dat oordeel is te kort door de bocht, en op dit punt ben ik het met mijn vriend Wolf eens. Wat ik in die lijn geschreven heb, herroep ik bij dezen.

De auteur is emeritus predikant en oud-hoogleraar kerkgeschiedenis.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer