Hoe radicaliseerden Hayat S., Mohammed G. en Maher H.?
Een terreurverdachte in Nederland is doorgaans man, gemiddeld 30 jaar oud, relatief laag opgeleid en heeft een migratieachtergrond.
Daarmee lijkt hun achtergrond sterk op die van verdachten van misdrijven in het algemeen, concludeerden onderzoekers van het Nederlands Studiecentrum voor Criminaliteit en Rechtshandha- ving vorige week. Verder zitten ze vergeleken met andere Nederlanders vaker zonder baan en hebben ze al een strafblad. De wetenschappers zochten naar „achtergrondkenmerken, ‘triggers’ en eerdere politiecontacten” van 279 terrorismeverdachten.
Bekende terrorismeverdachten zijn Hayat S., Mohammed G. en Maher H. Onderstaande profielen –mede gemaakt op basis van interviews met Omroep Brabant en Algemeen Dagblad (Hayat), bevindingen van onderzoeksjournalisten van De Limburger (Mohammed) en rechtbankverslaggeving (Maher)– geven een inkijkje in hun radicaliseringsproces.
Hayat S.
Lieke S. ziet in 1983 het levenslicht in een christelijk gezin in Stiphout, Noord-Brabant. Vader is onderwijzer, moeder verkoper in een boekenwinkel. Over haar schooltijd zegt ze dat ze „eerder een hangjongere dan een nerd” was. Toch haalt ze goede cijfers. Opvallend is haar maatschappelijke betrokkenheid. Als 8-jarige roept ze mensen in een ingezonden brief aan het Eindhovens Dagblad op geen bamboe te gebruiken, omdat panda’s dan gebrek aan voedsel krijgen. Hoewel ze twee universitaire propedeuses haalt, is studeren niks voor haar. Ze stopt met haar opleiding en gaat werken. Ze trouwt vroeg en krijgt op haar 23e een dochter. Een jaar later scheidt ze. Na een tijdje verliest ook werken haar belangstelling. De altijd kerkelijk gebleven S. gaat op haar 32e de Koran lezen, wordt moslima en laat zich vanaf dat moment Hayat noemen. De islam neemt haar zo in beslag dat ze er zelfs boeken over gaat schrijven. In 2016 laat de vrouw haar dochtertje achter bij haar ex-man en vertrekt richting Syrië. In Bulgarije wordt ze opgepakt en aan Nederland uitgeleverd. In juli dit jaar veroordeelt de rechter haar tot een halfjaar voorwaardelijke celstraf, boven op haar voorarrest van bijna acht maanden. De rechtbank acht bewezen dat ze zich wilde aansluiten bij terreurgroep Islamitische Staat. Ook stelt het orgaan dat er „enige zorg is over een terugval in radicaal denken.” Haar veroordeling is nog niet definitief, omdat S. in hoger beroep is gegaan.
Mohammed G.
De wieg van Mohammed G. (29) staat in Irak. In zijn jeugd komt hij naar Nederland. Na een kortstondig verblijf in een azc in het Groningse dorp Ter Apel verhuist de jongen op zijn twaalfde naar Maastricht. Na schooltijd werkt hij bij Jumbo en een snackbar. De knaap raakt diep onder de indruk van een video waarin een sluipschutter in Irak een Amerikaan doodt. Als 14-jarige verruilt de Koerdische Irakees „rotzooimuziek” voor jihadistische liedjes. In 2008, de periode waarin hij verder radicaliseert, krijgt G. de Nederlandse identiteit. Zijn ouders zijn op dat moment weer naar Irak teruggekeerd. Na een tijdje bij zijn zus in Maastricht te hebben gewoond, strijkt de met Sharia4Belgium en Sharia4Holland bevriende G. in mei 2012 neer in een Rotterdamse flat. Zijn favoriete vrijetijdsbesteding: jihadistische beelden bekijken. Intussen stapt G. enkele keren in het huwelijksbootje. Met zijn tweede vrouw wil hij afreizen naar Syrië. De man hoopt dat ze samen sterven en samen naar het paradijs gaan. Eind november van dat jaar arresteert de politie hem. De rechtbank veroordeelt hem in 2013. Hij krijgt echter geen straf, omdat hij aan psychoses lijdt en daarom volledig ontoerekeningsvatbaar is. In plaats daarvan moet hij naar een psychiatrisch ziekenhuis. In 2015 pakt de politie hem twee keer op. De eerste keer komt hij snel vrij. De tweede keer veroordeelt de rechter hem tot drie jaar cel, waarvan één jaar voorwaardelijk, voor het voorbereiden van terroristische activiteiten. In oktober 2017 mag hij zijn cel verlaten. Niet voor lang, want in de eerste helft van 2018 wordt hij meerdere keren vastgezet. Op dit moment zit hij in de gevangenis op verdenking van betrokkenheid bij een ontvoering in Zuid-Afrika met dodelijke afloop. De aanklacht is dat G. geholpen zou hebben bij de financiële afwikkeling van de ontvoering. Aan de zaak zou een „jihadistisch” luchtje zitten.
Maher H.
Een Amsterdamse jongen van „dertien in een dozijn.” Dat was Maher H. –nu 24 jaar oud– aanvankelijk, aldus de rechtbank. Hij groeit op als oudste zoon in een gezin in Amsterdam-Noord. Als hij ongeveer tien jaar oud is, gaan zijn ouders uit elkaar. Over de jonge jaren van H. is verder niet veel meer bekend dan dat hij op het vmbo zat, weleens spijbelde en zo nu en dan een jointje opstak. Tegen de rechter zei H. dat hij niet strenggelovig is opgevoed. Zijn moeder omschreef hij als „zeer gematigd.” Zelf verandert hij als in korte tijd drie mensen uit zijn familie overlijden. H. verdiept zich met behulp van internetbronnen in de islam en gaat leven volgens strengislamitische regels. Hij gaat daardoor ook anders naar zijn woonplaats kijken. De „jongen van dertien in een dozijn uit Amsterdam” verandert in een jongeman die de Nederlandse hoofdstad een plaats noemt waar te veel verleidingen zijn „om vroom te kunnen leven.” Daarom verhuist hij in 2013 naar Antwerpen. In datzelfde jaar ontmoet hij via Instagram Shukri F. Ze trouwen en kort daarna vertrekt H. naar Syrië. F. volgt hem op de voet. H. zegt dat hij iets wil doen aan „het onrecht dat moslims in Syrië wordt aangedaan.” Begin 2014 komt het echtpaar terug naar Nederland. F. is dan zwanger, maar dat is volgens H. niet de hoofdreden van hun terugkomst: in Syrië zou te veel chaos zijn. In Nederland belandt het echtpaar korte tijd later achter slot en grendel. In december 2014 veroordeelt de rechter H. –de eerste teruggekeerde Syriëganger die wordt veroordeeld– in eerste instantie tot drie jaar cel. Anderhalf jaar later valt het vonnis in hoger beroep nog hoger uit: vier jaar gevangenisstraf voor het voorbereiden van terreurdaden. F. komt er gunstiger vanaf: ze krijgt een voorwaardelijke gevangenisstraf van een halfjaar voor opruiing.