Economie

Ethiopiërs strijden tegen patenten op ‘hun’ graansoort teff

Al vele jaren telen Ethiopiërs teff, een graansoort die in het rijke Westen steeds populairder wordt. Economische kansen dus voor Ethiopië, ware het niet dat een patent van twee Nederlanders alle mooie plannen blokkeert. Wat is er aan de hand?

Evert Barten
23 August 2018 10:22Gewijzigd op 16 November 2020 13:57
Oogst van teff in Ethiopië. beeld iStock
Oogst van teff in Ethiopië. beeld iStock

Teff? Daar heb ik nog nooit van gehoord.

In Ethiopië leven ze er van, letterlijk. Daar eten ze injera, een wat sponzige, lichtzure pannenkoek. Hoofdingrediënt is teff, een graansoort met een bijzonder kleine korrel. Ter vergelijking: één tarwekorrel weeg evenveel als 150 teffkorrels. Het mooie van teff is dat er geen schadelijke gluten in zitten. En juist dat zorgt ervoor dat er in het Westen –waar gezond eten belangrijk gevonden wordt– steeds meer aandacht voor komt.

Daar ligt dus een enorme kans voor Ethiopië.

Dat dachten ze in het Afrikaanse land zelf ook. Tot ze erachter kwamen dat er in 2003 patent is verleend op „een meelmengsel omvattende teffmeel” en op „verwerking van nagerijpte teffmeel.” Kort gezegd betekent dit dat Ethiopië geen teffmeel of teffproducten mag exporteren. De patenten zijn in handen van twee landbouwkundigen uit Drenthe: Jans Roosjen en Hans Turkensteen.

Waarom hebben ze patent aangevraagd?

In de zomer van 2003 kwamen de twee in aanraking met teff-zaad. Volgens een vorige week gepubliceerde reconstructie van de Volkskrant was hun dat toegestuurd door Ethiopische landbouwkundigen. Die stuur- den twaalf soorten teff toe in hoeveelheden van 120 kilo per soort. Roosjen werd steeds enthousiaster over het graan, dat rijk is aan eiwitten, vezels en mineralen zoals calcium en magnesium.

Maar nog belangrijker: teff is ideaal voor mensen met een glutenintolerantie. De heren zagen de teffbroden, teffrepen en teffkoeken bij wijze van spreken al in de winkel liggen en stapten naar het octrooibureau.

Je kunt toch geen patent aanvragen op iets wat al bestaat?

Klopt. En hier wordt het wat ingewikkeld. Roosjen richtte zich met zijn aanvraag op het zogeheten valgetal. Dat geeft de tijd in seconden aan waarbij een gestandaardiseerde staaf inclusief een wachttijd van 60 seconden door een vat met een mengsel van meel en water valt. Hoe hoger het getal, hoe beter de bakkwaliteit. Tarwemeel zit tussen de 200 en de 250 seconden. De nieuwigheid bij Roosjen zou zijn dat hij een valgetal heeft bepaald tussen de 280 en de 420 seconden. Maar volgens kenners heeft de landbouwkundige alleen maar als eerste een reeds bestaande meetmethode –het valgetal– op een graansoort toegepast waar dit nog niet eerder bij was gedaan.

Wat zegt Roosjen er zelf van?

Tegenover de Volkskrant wil hij er niet veel over kwijt, maar wel dat het nooit zijn bedoeling is geweest om het basisgerecht injera van de Ethiopiërs af te pakken. Het ging hem er alleen maar om dat je met teff ook lekker brood kunt bakken. „Daar hebben we een patent voor ontwikkeld”, aldus Roosjen. Overigens volgde er kort na het Nederlandse patent ook een Europese variant die geldig is in Duitsland, België, Oostenrijk, het Verenigd Koninkrijk en Italië.

Hoe is de kwestie aan het rollen gekomen?

Dat heeft te maken met de toenemende aandacht voor teff vanuit het Westen. Zoals gezegd is teff glutenarm. Daarnaast is de korrel zo klein dat het niet mogelijk is die te pellen voordat hij gemalen wordt. Teffmeel is dus altijd volkoren en bevat veel voedingsvezels. Met de al genoemde andere eigenschappen is het een interessant graan voor ouderen, veganisten en sporters. Niet alleen in het Westen is dat besef doorgedrongen, ook in Ethiopië zag men kansen liggen. Maar alle mooie exportplannen stuiten op de Europese en Nederlandse patenten. Het Afrikaanse land is daarom naar het ICC Hof van Arbitrage in Parijs gestapt. Dat is ’s werelds grootste en meest invloedrijke beslechter van zakelijke conflicten.

Is dat de enige aanval die de patenthouders te verduren krijgen?

Nee, want in 2014 is er al een zaak aan het rollen gekomen. Die spanden Roosjen en Turkensteen destijds zelf aan, omdat twee ex-zakenpartners van de landbouwkundigen in de aanloop naar de Olympische Spelen in dat jaar een soort sportbrood hadden gemaakt van teff. Patentbreuk, vonden Roosjen en Turkensteen. In 2015 kwam er een eerste advies van het Octrooicentrum Nederland, waarin staat dat de conclusies in Roosjens patent „grotendeels nietig” zijn „wegens gebrek aan nieuwheid of inventiviteit.”

Nou, dan is het probleem dus opgelost.

Niet te snel, want het Octrooicentrum is niet bevoegd om patenten nietig te verklaren. Daar is maar één adres voor: de rechtbank Den Haag. Die heeft het echter zo druk dat de zaak nog steeds niet op de rol is geplaatst. Mochten de twee ex-zakenpartners de zaak winnen, dan sluiten ze niet uit dat ze ook het Europese patent gaan aanvechten, aldus de Volkskrant. Over zes jaar is de zaak sowieso opgelost, ook voor Ethiopië: dan zijn de gewraakte patenten verlopen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer