Wit-Russische tieners wijken voor christelijk zomerkamp uit naar buitenland
In Wit-Rusland –Europa’s laatste dictatuur– is vrijheid van godsdienst niet vanzelfsprekend. Daarom organiseert Aleksei Kravtsjenko ook zomerkampen in de omliggende landen, waar hij Wit-Russische tieners vrij het Evangelie kan vertellen. „God werkt heel duidelijk door de kampen.”
De zomerkampen die Kravtsjenko leidt, bieden diepgang: „In één of twee weken wordt het hart van jongeren veel sterker geraakt dan tijdens een heel jaar zondagsschool.” Het gevolg? Innige vriendschappen en veranderde levens. „Op elk kamp doet God wonderen.”
„Dit is ons 91e kamp”, zegt Kravtsjenko, die om veiligheidsredenen niet met zijn echte naam in de krant wil. De Wit-Russische overheid biedt geen garantie dat een kamp in alle rust kan plaatshebben. Daarom is Kravtsjenko met een grote groep tieners uitgeweken naar Polen, net over de grens. „In Polen en Litouwen kunnen we vrij het Evangelie prediken.”
Sirenes
„Een paar jaar geleden hadden we te maken met serieuze vervolging”, begint Kravtsjenko. „Onze organisatie heeft een eigen basis in Wit-Rusland. Daar kunnen we zomerkampen houden. Er is daar verder niks in de buurt; geen dorpjes, geen huizen. De locatie ligt midden in de bossen en is moeilijk met de auto te bereiken. Na een paar dagen kwamen plotseling de politie, de brandweer en de dienst voor sanitaire controle het terrein op rijden. Ze eisten ons vertrek.”
Waarschijnlijk had iemand het departement van Religieuze Zaken in de Wit-Russische hoofdstad Minsk gebeld met de melding dat er op het terrein een religieuze activiteit werd gehouden, denkt Kravtsjenko. „Wij vertelden de agenten dat we niet van plan waren te vertrekken. Dit is ons terrein, we hebben het recht om hier te zijn. De politieagenten begonnen de kinderen te ondervragen en die vertelden dat ze op het kamp de Bijbel lazen en samenkwamen om te bidden.
Uiteindelijk laadden ze alle tenten, kinderen en spullen in een bus en reden ons met loeiende sirenes naar de hoofdstad Minsk. Dat ging onder begeleiding van twee vrachtwagens vol soldaten. Daar belden ze de ouders op om de kinderen op te komen halen. Die waren natuurlijk niet blij”, zegt Kravtsjenko. „De politie had het recht niet om dat te doen, maar zo werkt dat in Wit-Rusland nu eenmaal.”
Problemen met de politie komen in Wit-Rusland vaak voor. Ondanks dat organiseert Kravtsjenko nog steeds kampen in het land. Vooral evangelisatiekampen zijn volgens hem erg waardevol. Deze worden gehouden op het Wit-Russische platteland, in dorpjes waar vrijwel geen kerken actief zijn. „We proberen samen te werken met de plaatselijke kerk. Op het eerste kamp kwamen er acht mensen met wie we nog steeds contact hebben. En we ontdekten dat volwassenen sneller geraakt worden als juist kinderen het Evangelie brengen.”
Loyaal
Volgens Kravtsjenko maakt het een groot verschil met welke lokale overheid hij te maken heeft. „Als de regionale autoriteiten van rust houden, is er niets aan de hand. Maar als ze stennis willen schoppen, krijg je veel problemen. In Wit-Rusland zijn er echter ook plekken waar niemand lastig wordt gevallen. Maar over het algemeen is het erg zwaar.”
De situatie is de laatste jaren nauwelijks verbeterd. „Op het eerste gezicht is er geen vervolging. Pas als je iets professioneel wilt opzetten, word je geconfronteerd met moeilijkheden aan. Daarom is de kerk de afgelopen jaren nauwelijks gegroeid. We bidden om vrijheid voor de kerken.”
Kravtsjenko’s organisatie, Christelijke zomerkampen, is in Wit-Rusland niet geregistreerd. Registratie zorgt volgens christelijke juristen en pastores alleen maar voor meer moeilijkheden. Zo is het huren van gebouwen voor christelijke organisaties niet mogelijk. „Ook al staat een locatie leeg en is er niemand in geïnteresseerd, dan nog mogen we die niet huren.”
Daarle
Kravtsjenko was vorig jaar in Nederland voor een kamp met een groep tieners, in het Overijsselse Daarle. „Voor ons was dat een grote zegen. Het was niet gemakkelijk te regelen: bussen, visa, slaapplekken. Maar de kerk die ons uitnodigde, heeft ons geholpen.” Het was een uitzonderlijk goed kamp, vertelt hij. „We hebben een evangelisatieproject gehouden en 500 uitnodigingen uitgedeeld in de dorpen. Veel mensen kwamen naar de dienst in de sporthal. We speelden een voetbalwedstrijd tegen het plaatselijke team en hebben wat boerderijen bezocht. Het was zo’n goede tijd.”