Belaagster Van Aartsen voelde zich bespioneerd
De 41–jarige F. de J. die op 1 april met opzet met haar auto op VVD–fractievoorzitter Van Aartsen inreed, is ervan overtuigd dat ze werd afgeluisterd door inlichtingendiensten en wilde daar een einde aan maken door een „daad te stellen", zei advocaat E. de Wit vrijdag voor de rechtbank in Den Haag.
Tijdens de regiezitting vroeg de raadsvrouw om schorsing van de voorlopige hechtenis, maar die werd door de rechtbank afgewezen.
De J. had van tevoren niet het plan om juist Van Aartsen iets aan te doen, maar die zag ze toevallig lopen op het Lange Voorhout in Den Haag. De vrouw had volgens officier van justitie J. Beliën voor het incident tegen een willekeurige passant gezegd dat hij wel een mooi doelwit was.
Het Openbaar Ministerie verdenkt de vrouw van poging tot moord of doodslag, dan wel poging tot zware mishandeling op Van Aartsen en zijn woordvoerder. Die laatste raakte door de aanrijding gewond aan zijn schouder.
De J. is advocaat van beroep en werkte bij Bureau Rechtshulp in Utrecht. Zij stuurde enkele dagen voor het incident een aantal e–mails naar het televisieprogramma NOVA, waarvan een de titel ’moordaanslag’ had. Na de aanrijding vluchtte de vrouw naar haar woonplaats Enschede waar ze diezelfe dag nog kon worden aangehouden.
De rechtbank behandelt de strafzaak op 4 oktober.