Witmarsum vraagt aandacht voor duurzame levenswijze mennonieten
Eenvoud en aarde zijn kernwoorden en kernwaarden voor de mennonieten over de hele wereld. Dat blijkt uit de tentoonstelling ”Menno Simons Groen” in Witmarsum. „Mennonieten hebben al 500 jaar weten te overleven door hun kennis van de landbouw en hun zorg voor de aarde.”
Bordjes met ”Menno Simons Groen” wijzen de weg in Groencentrum Witmarsum. De locatie, een tuincentrum, is vlak bij de plaats waar vroeger het kerkje van de doopsgezinden stond. Nu staat er een monument dat herinnert aan de Friese kerkhervormer Menno Simons (1496-1561), die hier werd geboren. Hij was de 16e-eeuwse voorman van de ”doperse beweging”. Zijn volgelingen heten doopsgezinden of mennonieten.
Het begin van de expositieruimte wordt gemarkeerd door een kar. Daarbij staat Menno de Vries, boer en lid van de doopsgezinde gemeente ”De Lytse Streek” in Witmarsum. Hij is ook lid van de werkgroep ”Witmarsum 2018”, die de tentoonstelling heeft georganiseerd. De zakken zaad en de plantjes op de kar maken al direct duidelijk dat groen en mennonieten goed samengaan.
Het ontwerp en de inrichting van de expositie waren in handen van Yvonne Willems, die alle ruimte kreeg om haar eigen accenten te leggen. „Ik heb niet alleen aandacht besteed aan de geschiedenis van de mennonieten, maar ook aan hun verbinding met de aarde en typische gebruiken en gerechten. Elke zaterdag is er een proeverij waarbij een gerecht centraal staat. Tijdens de opening op 3 juni aten we heel voedzame linzensoep. Er werd brood bij geserveerd, gemaakt van Red Turkey Wheat uit de Verenigde Staten”, vertelt ze.
Bijzonder zaad
De Vries pakt een zak van de kar en laat het graan met de kleine roodachtige tarwekorrels zien. Hij strooit er symbolisch wat van op de zwarte aarde voor een paneel met een houder met buisjes zaad: niet alleen van het oergraan maar ook van zwarte veenboekweit, Friese boontjes, pastinaak en Fries witbloeivlas. Op de panelen in de tentoonstellingsruimte wordt uit de doeken gedaan waar dat graan vandaan komt. Mennonieten moesten vaak vluchten in verband met hun geloof en trokken dan ergens anders heen. Ze namen, al dan niet stiekem, koren en zaaizaad mee, bijvoorbeeld in de zomen van hun jurk of in hun korset.
In 1812 vluchtten de voorouders van Dale Friesen vanuit de omgeving van Danzig aan de Oostzeekust naar Oekraïne. In 1875 verhuisde hij met zijn familie voor hun veiligheid naar Nebraska in de Verenigde Staten, mét hun Red Turkey Wheat. Dit oergraan bleek daar heel goed te groeien. Nakomeling Lorrin Dale Friesen verbouwt nu vele hectaren met deze tarwesoort en heeft wat naar Witmarsum gestuurd.
De Vries gaat dit najaar op zijn grond een hectare inzaaien met deze kwaliteitstarwe. „Ik heb beloofd de tarwe door de molenaar in het dorp te laten malen en aan de mensen te laten proeven. Het is heel bijzonder dat graan dat door volgelingen van Menno Simons over de hele wereld meegenomen is straks in zijn geboorteplaats verbouwd wordt.”
Als het aan De Vries ligt, is de tentoonstelling nog maar het begin van een Menno-revival. De doopsgezinde boer denkt aan een vervolg in de vorm van een permanente expositieruimte over Menno Simons.
Drukbezocht
Het is volgens hem geen overbodige luxe. Van ”all over the world” komen mennonieten naar Witmarsum om de geboorteplaats van Menno Simons te bezoeken. „Alleen al het kerkje te Pingjum, waar Menno Simons ook gestaan heeft, wordt jaarlijks door minstens duizend mensen bezocht, zo weten we uit het gastenboek. Maar het zijn er veel meer omdat de kerk vaak dicht is en men dan verdergaat. Pas zag ik nog een groep met drie auto’s vol mennonieten. Ik herkende hen aan de lange jurken van de vrouwen. Ik heb de deur van de kerk voor hen geopend en uitleg gegeven. Maar ik heb ook mijn werk. Er moet een centrum komen dat de hele dag bemand is, bijvoorbeeld door een student die hier rustig kan werken en intussen de boel in de gaten houdt. We komen binnenkort met onze ideeën naar buiten”, zegt De Vries.
Willems vertelt ook over meer recente plannen. Op 23 juni komt prof. Royden Loewen, hoogleraar geschiedenis te Winnipeg in Canada en voorzitter van ”Mennonite Studies”, naar Nederland voor de première van een film over de mennonieten. ”Seven points on earth” gaat over zeven landen waarin mennonieten wonen –Nederland, de Verenigde Staten, Canada, Siberië, Indonesië, Zimbabwe en Belize– en belicht hun levenswijze. Op de expositie is een trailer van de film te zien.
Duurzaam
Willems vindt dat de mennonieten de samenleving wat te bieden hebben, vooral wat betreft sociale en ecologische duurzaamheid. „Ze hebben altijd het belang ingezien van elkaar helpen. Als er problemen zijn, staan ze voor elkaar klaar. Meer gemeenschapszin is iets wat wij in Nederland hard nodig hebben. Mennonieten kunnen ons ook behulpzaam zijn bij het beantwoorden van de vraag hoe verspilling tegen te gaan. Hierover worden workshops gehouden, bijvoorbeeld over wecken, een oude techniek om voedsel te bewaren, zodat het niet verloren gaat.”
Een van de dingen op de tentoonstelling is een hooikist die nog steeds gebruikt wordt. In de pannen in die kist, waarvan de wanden vol hooi zitten, wordt de laatste jaren yoghurt gemaakt en op de gewenste temperatuur gehouden. De kist kan ook gebruikt worden voor het warm houden van allerlei etenswaren. Maar er is ook een foto van de doopsgezinde Bauke-Tjeerd Kikstra uit Sint Annaparochie met een boot die vaart op zonne-energie. De mennonieten staan niet stil.
De tentoonstelling ”Menno Simons Groen” in Witmarsum is tot en met 1 september dagelijks geopend.
www.mennosimonsgroen.nl