Faillissement van Yukos niet in belang van Rusland
Het Russische olieconcern Yukos staat op de rand van de afgrond. Het bedrijf moet een achterstallige belastingschuld van 2,8 miljard euro over 2000 betalen, maar beweert een dergelijk bedrag niet op tafel te kunnen leggen. Desondanks dreigde het openbaar ministerie de afgelopen dagen met nieuwe vorderingen over de jaren 2002 en 2003. Een faillissement lijkt onafwendbaar.
De oud-directeur van Yukos, Michail Chodorkovski, die sinds oktober vastzit, heeft de raad van bestuur van Yukos gevraagd zijn aandelen en die van andere grootaandeelhouders te gebruiken om de belastingschuld van het bedrijf af te betalen. Dat zei woensdag althans de advocaat van Chodorkovski. Volgens Anton Drel heeft Chodorkovski tot zijn stap besloten om te voorkomen dat het bedrijf failliet gaat en zo de belangen van de duizenden werknemers en aandeelhouders van het bedrijf worden geschaad.
Chodorkovski en een aantal andere grootaandeelhouders hebben samen 44 procent van de aandelen in Yukos in handen. Drel zei niet wanneer zijn cliënt het voorstel had gedaan en ook niet of het was doorgestuurd naar de Russische overheid.
De verklaring van Drel volgde enkele uren nadat deurwaarders hadden aangekondigd een begin te maken met het innen van de belastingschuld die de Russische fiscus over het boekjaar 2000 van het bedrijf eist. Er bestaat veel onduidelijkheid over de vraag wanneer Yukos de achterstallige belasting uiterlijk moet hebben betaald. Volgens het minsterie van Justitie liep de deadline gisteren ten einde, maar de financieel directeur van Yukos, Bruce Misamore, verklaarde dat het bedrijf vandaag de som moet hebben voldaan.
Chodorkovski -een van Ruslands oligarchen die tijdens de privatiseringsgolf in de jaren ’90 hun enorme bezittingen op dubieuze wijze verwierven- werd vorig jaar oktober gearresteerd. Samen met Platon Lebedev, een andere grootaandeelhouder van Yukos, zit de oliemagnaat vast op beschuldiging van fraude en belastingontduiking.
Volgens de aanhangers van Chodorkovski zit president Poetin achter de juridische vervolging. Die mening wordt gedeeld door onafhankelijke politieke waarnemers. Chodorkovski heeft in het verleden openlijk zijn steun voor de oppositie uitgesproken. Daarmee schond hij een stilzwijgende afspraak die de Russische president bij zijn ambtsaanvaarding met de oligarchen had gemaakt. De overeenkomst hield in dat de oligarchen hun bezittingen mochten houden mits zij zich niet met politiek zouden inlaten.
Hoewel Yukos op de rand van het faillissement verkeert, gelooft dr. Roland Götz dat het zover niet zal komen. „Ik denk dat men nog wel een manier zal weten te vinden om het faillissement te vermijden”, aldus de Rusland-kenner van de Stiftung für Wissenschaft und Politik (SWP) in Berlijn. In een eerlijk proces zou Yukos volgens hem de tijd moeten krijgen om de schulden te betalen.
Dr. André Gerrits van het Oost-Europa Instituut in Amsterdam waagt zich niet aan een voorspelling. „Het blijft giswerk.” Het failliet verklaren van de oliemaatschappij lijkt hem echter „wel wat ver” gaan. „Dat betekent immers een forse onderbreking van de olietoevoer én minder belastingopbrengsten. Dat is niet in het belang van Poetin.” Aan de andere kant zou een formele faillietverklaring voor de overheid aanleiding kunnen zijn om het bedrijf geheel of gedeeltelijk over te nemen - oftewel te renationaliseren.”
Dat renationalisatie het eigenlijke doel is van de operatie tegen Yukos, gelooft Gerrits niet. „Er gaan al langer geruchten over de mogelijkheid dat bedrijven zouden worden gerenationaliseerd. Poetin heeft echter altijd ontkend iets dergelijks van zins te zijn. Ik kan me nauwelijks voorstellen dat Rusland daartoe overgaat. Dat stadium zijn we wel voorbij.” De Oost-Europa-deskundige ziet het optreden tegen Yukos nog altijd als een soort waarschuwing aan het adres van oligarchen om zich niet in te laten met politiek.
Wat de Russische president met het olieconcern voorheeft, durft Götz niet te zeggen. „De vraag is of hij sowieso een duidelijk plan heeft. Yukos is een zaak van het openbaar ministerie, dat zelfstandig handelt. Poetin kan de zaak niet sturen, maar slechts zijn mening geven”, aldus de SWP-medewerker. Die heeft al „van begin af aan” de indruk dat Poetin de zaak „niet volledig in de hand” heeft. „Poetin is niet zo machtig als vaak wordt gedacht. De werkelijke macht ligt bij conservatieve kringen binnen de geheime dienst en justitie.”
Gerrits trekt die bewering in twijfel. „Het zou voor het eerst in de Russische geschiedenis zijn dat bij zo’n belangrijke zaak het openbaar ministerie zonder politieke richtlijnen werkt. Als de operatie tegen Yukos een politiek geïnspireerde onderneming is, valt ook deze stap zonder twijfel onder de politieke verantwoordelijkheid van het Poetin-regime. Of Poetin dat nu geheel en al persoonlijk controleert, doet weinig ter zake.”
Ook al wordt het bedrijf wellicht „technisch” failliet verklaard, blijft Yukos waarschijnlijk gewoon doordraaien, waarbij de staat een dikke vinger in de pap krijgt, denkt Gerrits. Bijvoorbeeld via de aandelen van Chodorkovski. „Die zullen ze hem niet zomaar afnemen. Dan kun je Rusland net zo goed even sluiten voor de marteconomie.” Maar het zou de uitkomst kunnen zijn van een afspraak waarbij de aanklagers beloven de zaak te laten vallen, als Chodorkovski een aanzienlijk deel van zijn aandelen inlevert en zijn politieke ambities opgeeft. Een dergelijke deal zou Rusland bovendien een rechtszaak besparen, die de economische belangen van het land waarschijnlijk niet ten goede komt.
Zowel Götz als Gerrits meent dat een faillietverklaring van Yukos een slechte uitwerking zal hebben op buitenlandse investeringen in Rusland. „De directe economische schade van een faillissement zal wel beperkt blijven, maar het is geen stimulans voor buitenlanders om in Rusland te investeren. Maar ook voor veel Russen zou het een reden kunnen zijn om hun geld in het buitenland te beleggen of daar op een rekening te zetten”, aldus Gerrits. „Dat zou een groot probleem zijn voor Rusland, dat een kapitaaltekort heeft, juist omdat een belangrijke deel van de Russische ondernemende klasse niet in de eigen economie belegt. En een economie kan alleen maar groeien als er intern wordt belegd.”