Politici moeten rechterlijke macht niet naar hun hand zetten
Het zal niet vaak in de geschiedenis zijn gebeurd dat het volk massaal op de been komt omdat het wil dat rechters moeten blijven. Juristen hebben doorgaans niet zo’n positief imago. Ze staan veelal te boek als saaie, zifterige zeuren die op elk slakje zout leggen. Kortom: mensen met wie je niet voor je plezier in aanraking komt. Die je liever kwijt dan rijk bent. Logisch dus als je voor zulke mensen niet als een soort fanclub gaat demonstreren.
Toch gingen in de achterliggende week veel Polen de straat op om rechters die niet willen opstappen te steunen. Zij keren zich tegen de maatregel van de regering dat rechters eerder met pensioen moeten. Critici zien daarin een poging van de regering om de rechterlijke macht naar haar hand te zetten.
In de Verenigde Staten van Amerika zijn Democraten in hoogste staat van paraatheid nu president Trump een kandidaat gaat voordragen voor een vacature in het federale hooggerechtshof, het hoogste rechtscollege dat uit negen leden bestaat. Doordat opperrechter Anthony Kennedy met pensioen gaat, moet er een nieuw lid komen. De benoeming wordt gezien als cruciaal, omdat ze het evenwicht tussen progressieve en conservatieve rechters kan verstoren. De verwachting is dat Trump een conservatief aanwijst.
Bij Democraten bestaat de angst dat libertijnse uitspraken dan worden teruggedraaid. Zij vrezen vooral dat het recht op abortus onder druk komt te staan. In 1973 bepaalde het hooggerechtshof dat het afbreken van zwangerschap is toegestaan. Wanneer nu een conservatieve opperrechter wordt benoemd, zou dat besluit weleens kunnen worden teruggedraaid. Of dat werkelijk zo zal gaan, is nog de vraag.
Om het door libertijnen gevreesde overwicht van de conservatieven in het hooggerechtshof te breken, stelt een groep Democraten nu voor om het aantal opperrechters van negen naar elf uit te breiden. Dat kan pas zodra hun partij in het Congres de meerderheid heeft. De eerste kans daarop is in november aanstaande, als er in de VS Congresverkiezingen zijn.
Men kan niet zeggen dat de Democraten iets illegaals voorstellen. Binnen de Amerikaanse wetgeving is ruimte om het hooggerechtshof uit te breiden. Toch komt het idee van de Democraten uiteindelijk uit dezelfde gezindheid voort als de beslissing van het Poolse parlement: de politiek zet de rechterlijke macht naar haar hand. En dat is zeer gevaarlijk.
Wanneer de politiek ontevreden is over het functioneren van de rechtsspraak, zal ze daar via wetgeving iets aan moeten veranderen. Dat is een kwestie van lange adem. Wetten zijn immers niet zomaar gemaakt. Daar wensen deze ideologisch gedreven politici dan ook niet op te wachten. Daarmee tonen ze weinig respect voor de rechtsstaat. Ook al zijn ze democratisch gekozen, daarmee doen ze niet onder voor dictatoriale regimes, die ook gewend zijn de rechtsspraak naar hun hand te zetten.