Analyse: genderwet niet vrij van ideologie
Waarover gaat de donderdag in de Kamer besproken initiatiefwet van D66, PvdA en GL? Alléén over discriminatie van transgenders? Of bevat hij impliciet ook een genderideologie?
Ze kwamen er niet uit donderdagmiddag, de grootste tegenpolen in het Kamerdebat. Jawel, D66-Kamerlid Bergkamp –samen met PvdA en GL de indiener van de initiatiefwet– en SGP-Kamerlid Bisschop bleven elkaar beleefd bejegenen. Maar uit de speldenprikken die zij uitdeelden, viel een lichte irritatie gemakkelijk af te leiden.
„Welnee, meneer Bisschop”, betoogde Bergkamp ironisch. „Wij drieën maken geen deel uit van een geheim genootschap om de verschillen tussen mannen en vrouwen te vervagen. We hebben ook geen van drieën een verborgen agenda.”
Het ging de initiatiefnemers maar om één ding, aldus Bergkamp: mensen van wie het geslacht niet eenduidig valt vast te stellen of die het lichaam van een man hebben maar zich vrouw voelen (of omgekeerd), mogen niet gediscrimineerd worden. Dat willen D66, PvdA en GL in de Algemene wet gelijke behandeling (AWGB) vastleggen. Niet meer en niet minder.
Niet dat je op dit moment deze mensen wél mag discrimineren. „Maar wij willen dit verduidelijken en expliciteren. En we nemen niemand iets af.”
Met andere woorden: wie kan daar nu op tegen zijn? Behalve de drie initiatiefnemers goed beschouwd ook de coalitiepartijen niet. Niet voor niets wees minister Ollongren van Binnenlandse Zaken donderdagmiddag fijntjes op „de passage in het regeerakkoord waarin steun voor het initiatiefwetsvoorstel wordt uitgesproken” omdat het kabinet „eraan hecht dat iedereen in Nederland zichzelf kan zijn.”
Waar SGP’er Bisschop sowieso iets tegen had, was de wijze waarop Bergkamp zijn inbreng van drie weken geleden, toen de Kamer een begin maakte met de behandeling van dit wetsvoorstel, min of meer ridiculiseerde. „Ik ben diep geroerd door de bewogenheid van de indienster met mijn welzijn. Zij is bezorgd dat ik me te ongerust maak over geheime samenzweringstheorieën. Maar zulke emoties zitten er bij mij niet bij. Ik heb gewoon geprobeerd een zakelijk verhaal te houden. Beperkt u zich dan ook maar tot een zakelijke beantwoording van mijn vragen.”
Toiletten
Bergkamp deed haar best. „Deze wet zal niet resulteren in een verplichting voor scholen om genderneutrale toiletten in te voeren. We verklaren de termen ”dames” en ”heren” niet verboden in de publieke ruimte. We regelen niet dat kleding niet meer wordt aangeboden in de categorieën ”jongens” en ”meisjes”.”
Dat gezegd zijnde, rest wel degelijk de vraag wat het effect zal zijn van deze initiatiefwet, ingediend door een drietal Kamerleden –ondertekenaars zijn naast Bergkamp, Van den Hul (PvdA) en Özütok (GL)– dat zó eensgeestes is met de brede lobbybeweging van het COC; een beweging die wel degelijk een bepaalde genderideologie aanhangt en uitdraagt.
Achter elke wet schuilen een gedachtewereld en een levensbeschouwing. Het valt niet moeilijk in te zien dat déze wet past in een bredere maatschappelijke trend van denken die de autonomie van mensen zo centraal stelt dat zij, desnoods tegen hun biologische kenmerken in, hun eigen geslacht moeten kunnen bepalen. Zo van: „Er is er maar één die uitmaakt of ik man, vrouw of nog iets anders ben. Dat ben ikzelf.”
En elke wet heeft zijn eigen maatschappelijke effecten. Dat krijgt straks ook déze wet. Dat bredere effecten in een bepaalde zin door de initiatiefnemers ook bedoeld zijn, bleek donderdag uit de bijdrage van Van den Hul. Het maken van onderscheid op basis van iemands geslachtskenmerken, genderexpressie of genderidentiteit, is binnenkort in Nederland expliciet verboden en dat moet, zo betoogde het PvdA-Kamerlid, beter tussen de oren komen bij „de schooldirecteur, de eigenaar van een sportclub, de werkgever, de medewerker van de garage en de bezorger van de boodschappendienst”, en vervolgens ook bij „studenten die zich verdiepen in de gelijkebehandelingswetgeving, bij antidiscriminatievoorzieningen, bij onze volksvertegenwoordigers en bij journalisten die over dit voorstel schrijven.”
Relativering
De vraag blijft wát dan de boodschap is die bij al deze groeperingen uiteindelijk gaat landen. Alleen: gij zult transgenders en anderen niet discrimineren? Of ten slotte toch ook de ideologie waardoor deze initiatiefwet ten diepste wordt gedreven: een vérgaande relativering van de scheppingskenmerken van mensen?