„Religiewetenschap geeft inzicht in aard van religie, niet in inhoud”
De steeds populairder wordende religiewetenschap onderzoekt waarom mensen religieus zijn. Ze is nuttig en kan inzicht geven in de eigen aard van religie, maar geeft geen inhoudelijk oordeel over de waarheid en redelijkheid van religieus geloof.
Dat stelt Hans van Eyghen, die vrijdag in Amsterdam promoveerde op het onderwerp ”Arguing From Cognitive Science of Religion”. Promotoren waren Gijsbert van den Brink, René van Woudenberg en Rik Peels. Van Eyghen is afkomstig uit Deinze in België en studeerde theologie en filosofie in Leuven. Vanaf 2013 volgde hij een promotietraject aan de Vrije Universiteit Amsterdam.
Het is een populaire wetenschap: het onderzoek naar de cognitieve achtergronden van religiositeit. Cognitief staat voor het vermogen tot kennisverwerving door waarneming en denken.
De cognitieve religiewetenschap houdt zich weliswaar ook bezig met denkprocessen in het menselijk brein, maar wil vooral inzicht bieden in de mechanismen van het religieuze bewustzijn. „Het is booming business”, zegt Van Eyghen. „Misschien heeft dat te maken met de groeiende aandacht voor religie wereldwijd. Hoe dan ook, deze tak van wetenschap is een discipline die onderzoekt hoe het komt dat mensen religieus zijn en welke psychologische en evolutionaire mechanismen daarin een rol spelen.”
Van Eyghen stelt dat er geen conflict is tussen geloof en evolutionaire verklaringen van religie. „Wie betoogt dat er een conflict is, gaat er vaak van uit dat evolutie louter toevallig is en niet gericht op waarheid. Dit is een beeld van evolutie dat gelovigen nooit zullen onderschrijven.”
Er zijn wetenschappers die de cognitieve religiewetenschap aangrijpen om religie naar het rijk der fabelen te verwijzen, aldus Van Eyghen. „Dat doet onder anderen de Engelse evolutiebioloog Richard Dawkins, maar de meeste religiewetenschappers delen zijn standpunt niet. Dawkins wordt gezien als iemand die religie niet goed begrepen heeft. Cognitieve religiewetenschappers verrichten serieus onderzoek. Ze gaan op conferenties met elkaar in debat en verschillen soms flink van mening. Het overgrote deel trekt ook geen sterke conclusies over de redelijkheid of waarheid van religie.”
Cognitieve religiewetenschap is dus een neutrale wetenschap?
„Ja, er is geen verborgen agenda om religie weg te verklaren. Er zijn maar weinig wetenschappers die tot sterke conclusies komen voor of tegen religie en geloof. Men komt alleen tot de vaststelling dat religie meer verweven is met het menselijke bestaan dan gedacht. Mijn punt is dat cognitievereligiewetenschappers niet in staat zijn een inhoudelijk oordeel te geven over de inhoud en redelijkheid van religie. Ze kunnen wel inzicht geven in hoe God mensen het religieus bewustzijn heeft ingeschapen. Dat de mens ongeneeslijk religieus is, zit er wel een beetje in, ja. Religie is geen toevalligheid maar behoort tot het wezen van de mens.”
U bent praktiserend rooms-katholiek: heeft uw onderzoek uw geloof verdiept?
„Door het lezen van psychologische en evolutionaire verklaringen van religie werd ik me er meer van bewust dat de mens voor een belangrijk deel gestuurd wordt door onbewuste processen, ook in wat we geloven. Als gelovige vul ik deze sturing graag in als werkzaamheid van God. Ook wijzen verklaringen van religie erop dat godsdienst veel meer is dan expliciet geloof en nauw verweven is met andere aspecten van de mens, zoals het sociale en morele domein. Door mijn studie heb ik meer oog gekregen voor de verschillende aspecten van religie.”