Opinie

Column: Orchidee

Vanwaar? Hoe komt het nu dat twee kinderen uit hetzelfde gezin, met dezelfde opvoeding en dezelfde omstandigheden, totaal anders reageren op situaties? Hoe komt het dat de een gevoelig is voor beloning en straf en de ander ogenschijnlijk onaangedaan zijn weg gaat? Hoe kan het nu dat in een klas met één leerkracht, dezelfde regels en eenzelfde aanpak het ene kind rebels de grenzen opzoekt, terwijl de ander er niet over peinst om op z’n minst een poging te doen?

Georg Lindhoud
19 June 2018 10:04Gewijzigd op 16 November 2020 13:33

Over dit soort vragen denkt iedereen weleens na. En eigenlijk hebben we voor onszelf het antwoord ook wel: karakter. Daarin zit het verschil. Het ene kind is het andere niet. In de ontwikkelingspsychologie en de pedagogiek is hier ook herhaaldelijk over nagedacht.

De Brit Francis Galton, bekend van zijn tweelingenstudie, onderzocht al in 1875 het verband tussen genetische aanleg en opvoeding. In hoeverre werkt aanleg door en wat betekent dit voor de opvoedkundige aanpak? Later onderzoek kwam met harde cijfers: 41 procent van het gedrag –hetzij plezierig, hetzij onplezierig– is genetisch bepaald. De opvoeding bepaalt 16 procent. Het grootste restant, 43 procent, is een samenspel van genen en omgeving.

Het opvoedingspercentage werkt misschien relativerend. Niet alles hangt van de opvoeders af. Het is dus te kort door de bocht om te stellen dat een perfecte opvoeding –die uiteraard niet bestaat– perfect gedrag oplevert. Eveneens is het te snel geredeneerd dat vervelend gedrag een-op-een product is van de opvoeding.

Interessant is ook het hoogste percentage, 43. Dat gaat over het resultaat van het samenspel tussen aanleg en omgeving. Hierop is de paardenbloem-orchideehypothese ontwikkeld door de Amerikaanse ontwikkelingspsycholoog Bruce Ellis en kinderarts W. Thomas Boyce. Deze theorie vergelijkt kinderen metaforisch met een orchidee of een paardenbloem.

Paardenbloemen gedijen onder alle omstandigheden. Ze zijn sterk, gaan hun gang wel en doen het goed in allerlei omgevingen. Orchideeën daarentegen zijn mooi, maar veel kwetsbaarder. De omstandigheden doen er echt toe. Bij een matige verzorging kwijnen ze weg, bij een goede verzorging ontwikkelen ze zich juist heel erg goed.

Nu heeft het iets weg van een open deur. Want dat wisten we toch eigenlijk wel, dat elk individu of karakter een eigen pedagogische aanpak nodig heeft? Desalniettemin is het goed om vanuit dit principe alert te zijn voor de praktijk van alledag. Om bijvoorbeeld vervelend gedrag als een vraag te interpreteren: ik wil aandacht en vraag erom uitgedaagd te worden. Of om in de lessituatie juist een andere aanpak te kiezen als iets structureel niet werkt. Want wie doet wat hij altijd deed, krijgt wat hij altijd kreeg. Tijd voor een nieuw idee. Een orchidee.

beeld RD

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer