Buitenland

De rabbi in Oezbekistan heeft geen opvolger

In de Oezbeekse stad Buchara leefden begin jaren zeventig volop Joden. Er woonden er zo’n 60.000. Tot 1972. Toen werd het mogelijk dat Joden het land verlieten. Momenteel wonen er nog maar vijftig Joodse gezinnen in de stad.

William Immink
11 May 2018 19:16Gewijzigd op 16 November 2020 13:16
Wandkleed in de synagoge van Buchara. De ooit bloeiende Joodse gemeenschap in Oezbekistan is bezig af te brokkelen. beeld William Immink
Wandkleed in de synagoge van Buchara. De ooit bloeiende Joodse gemeenschap in Oezbekistan is bezig af te brokkelen. beeld William Immink

Om in de synagoge te komen, moet je door enkele nauwe stoffige straten. Her en der in Buchara steken eeuwenoude minaretten uit boven de uit klei opgetrokken huizen met daken van asbestplaten. In een islamitisch land als Oezbekistan is een Joods gebedshuis niet het eerste wat je zou verwachten. Toch gaan de overgebleven Joden er met een keppeltje de straat op: moslims en Joden leven vredig naast elkaar.

De enige overgebleven rabbi in de Oezbeekse stad, Aaron Sijanov, is op leeftijd. Hij laat de synagoge zien. „Joden uit Buchara zijn verspreid over de hele wereld. Zelfs in Jeruzalem is er een woonwijk voor Joden uit de stad. Maar hier zijn ze nauwelijks meer.”

Duizenden graven in de Oezbeekse stad bewijzen dat er eens een grote gemeenschap van Joden leefde. Tijdens de hoogtijdagen van de Zijderoute kwamen de Joden van de diaspora naar Buchara, een geliefd oord vanwege de handel tussen het Oosten en het Westen. In de middeleeuwen woonden er zo’n 50.000 Joden in de stad.

Volgens de overlevering keerden de Joden niet terug van de ballingschap in Babylonië, maar trokken ze in de zesde eeuw voor Christus verder naar Centraal-Azië. Volgens Sijanov leefden ze eeuwenlang in de regio en namen daar de lokale gewoonten over. „De cultuur lijkt nu heel veel op die van de moslims. Alleen de religie zorgde ervoor dat de Joden in Buchara niet compleet opgingen in de bevolking.”

Voordat de Russen kwamen, moesten Joden hoge belastingen betalen om in vrede met de islamitische leiders te blijven leven. „Ze mochten alleen op ezels rijden, niet op paarden”, vertelt de oude rabbi in gebroken Russisch. De Joden in Buchara zagen de komst van de Russen in 1868 dan ook met vreugde aan: de tsaar gaf hun het recht om in vrijheid te leven.

De revolutie van 1917 verzwakte de positie van de (inmiddels rijkere) Joden. De bolsjewieken namen hun een groot deel van de rijkdommen af. Veel Joden ontvluchtten de repressie en trokken naar Palestina.

Toch groeide het aantal Joden in Buchara daarna nog. Begin jaren zeventig was het op zijn hoogtepunt met 60.000 mensen. Zodra de Sovjetleiders emigratie naar Israël toelieten, ging een groot deel van hen die kant op. Ook vertrokken velen naar de Verenigde Staten. Naar schatting wonen er vandaag de dag tussen de 120.000 en de 160.000 Joden uit Buchara in Israël: veel meer dan de naar schatting 1500 tot 2000 die in Oezbekistan overgebleven zijn.

De gemeenschap is zo klein geworden dat veel jongeren geen Joodse vrouw meer kunnen vinden. Ze trouwen daarom een Oezbeekse, of gaan naar Israël om daar een partner te zoeken. Op zijn best leeft de cultuur uit Buchara daar verder.

De oude rabbi ziet de feiten onder ogen: voor hem is er vermoedelijk geen opvolger meer. Sijanov vraagt zich af wat er met hem gaat gebeuren: „Zes van mijn kinderen zijn al geëmigreerd en de zevende zal ook eens gaan. Ik wil niet weg, maar wie gaat er voor mij zorgen?”

Een Joodse jongeman was getrouwd met een Oezbeekse. Hun kind moest worden besneden. „Wat moet je doen?” vraagt Sijanov zich af: „Volgens de Joodse wetten is de moeder niet-Joods en mag daarom het kind niet worden besneden. Maar in deze situatie deed ik het toch.”

Ook koosjer eten wordt lastig. De oudere mannen die het mes nog op rituele wijze wisten te hanteren, zijn weggevallen of zijn te oud om te werken. Er blijven slechts vier of vijf gezinnen over die nog echt volgens de Joodse tradities leven. De rest is opgegaan in de Oezbeekse cultuur.

De overheid in de hoofdstad Tasjkent wil de Joodse cultuur in Buchara graag behouden. Ze nodigt daarom Joden uit om de stad te bezoeken. Na de dood van president Karimov in 2016 werd het zelfs geregeld dat Israëlische toeristen zonder visum Oezbekistan kunnen binnenkomen.

Dit is het eerste deel van een tweeluik over Joodse gemeenschappen in de voormalige Sovjet-Unie. Zaterdag het slot.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer