„Assad trekt zich niets van aanvallen aan”
De Syrische leider Bashar al-Assad trekt zich niets aan van de aanvallen die drie westerse landen op zijn land hebben gedaan. Hij blijft op dezelfde koers, meldden Russische parlementariërs die op bezoek zijn in Damascus en Assad dit weekeinde hebben gesproken. Assad was in een goede stemming en prees de Russische luchtafweer, waarmee zijn leger de meeste raketten zou hebben neergehaald.
De westerse raketaanvallen waren volgens Washington, Parijs en Londen een vergelding voor een aanval met gifgas op 7 april in het Syrische Douma. Syrische regeringstroepen zouden dat bolwerk Jaish al-Islam (Leger van de Islam) met gif hebben bestookt, terwijl er een juist regeling werd gesloten over de aftocht van de strijdgroep en over de vrijlating van duizenden gevangen van Jaish al-Islam.
Onderzoekers van de Organisatie voor het Verbod van Chemische Wapens (OPCW) zijn in Syrië voor onderzoek naar de beweerde gifgasaanval. De VS, Frankrijk en Groot-Brittannië hebben niet gewacht op de onderzoeksresultaten en vuurden meer dan honderd raketten af die de productie van chemische wapens in Syrië zouden hebben getroffen.
De drie mogendheden willen nu volgens Franse en Britse media een nieuwe resolutie voorleggen aan de VN-Veiligheidsraad. Ze vragen daarin om een onafhankelijk onderzoek door het OPCW naar de gifaanval in Douma. Ook moet worden bekeken of Syrië zijn chemische wapenprogramma heeft gestopt, nadat dit in 2013 was overeengekomen met Moskou en Washington. De resolutie wil ook onbeperkt toegang tot plaatsen voor hulpverleners, een staakt-het-vuren en serieus vredesoverleg.
Het door de VN geleide vredesoverleg in Genève is vastgelopen, vooral omdat de tegenstanders van Assad eisen dat hij eerst opstapt. Ondertussen is er periodiek topoverleg van Rusland, Iran en Turkije. Daarbij lijkt de chaotische strijd in Syrië te worden beperkt en er worden afspraken gemaakt tussen strijdende partijen. Alle drie de landen hebben veel militairen in Syrië. Rusland stelt zich ondertussen diplomatiek op. Een topman bij Buitenlandse Zaken in Moskou zei zondag dat de Amerikanen nu wel geïnteresseerd moeten zijn in „een strategische dialoog”.