Als gevolg van de druk heeft een op de vijf een schooladvies daadwerkelijk aangepast.

Onacceptabel, noemt Loek Schueler, voorzitter van CNV Onderwijs het. „Een leerkracht is een professional en ouders moeten dat accepteren”, stelt hij. „Een onderwijsteam volgt een kind acht jaar lang en maakt op basis daarvan een middelbareschooladvies.” Hij benadrukt dat ook gekeken wordt naar andere factoren zoals inzet, omgang met anderen en creativiteit.

Bij 53 procent van de leraren die schooladvies geven nam de druk meer dan eens grensoverschrijdende vormen aan. Er wordt tegen ze gescholden, ze worden geïntimideerd, bedreigd en soms ook gechanteerd. Een kwart van de leraren die zich onder druk gezet voelt, weet zich ook niet gesteund door het schoolbestuur. 63 procent geeft aan wel voldoende steun van de leiding te krijgen.

Van de leraren van de hoogste klassen van de basisschool maakte 89 procent onlangs mee dat ouders het niet eens zijn met het advies. Vooral een vmbo-advies roept weerstand op bij ouders. „Heel pijnlijk, ook omdat het kind zelf meestal bij zo’n adviesgesprek zit”, stelt Schueler. „We moeten als samenleving echt meer waardering krijgen voor vmbo’ers. Wees trots op hen, want zij leveren een belangrijke bijdrage aan de toekomst van onze economie.”

Sinds 2015 is het advies van de docent bepalend voor het type middelbare school waar een kind naartoe kan. Eerder gaf de score van de (Cito-)eindtoets de doorslag. Kinderen van groep 7 en 8 hebben de afgelopen weken hun advies gekregen voor de middelbare school.