Christenen in Israël kunnen best bruggenbouwers gebruiken
Bruggenbouwers heeft de kerk in Israël nodig. Christenen die in een politiek gepolariseerd land toenadering zoeken in plaats van verdeeldheid. En: ze zijn er. Gelukkig maar.
De kerkvergadering duurde al twee uur. We hadden het gehad over financiën, visie en vrijwilligerswerk. De mensen keken op hun horloge en sommigen slopen de zaal uit. Maar opeens schrok iedereen wakker. Een broeder vroeg namelijk: „Waar staat onze kerk politiek gezien eigenlijk?”
Een van de voorgangers gaf een wijs en diplomatiek antwoord. Wat hij zei weet ik niet precies meer, maar het kwam hier op neer: „Bij ons werken er aan de Israëlische kant; anderen aan de Palestijnse kant. Als individu hebben we opinies, maar omdat we ‘de politiek’ weg van de preekstoel houden, kunnen we samen één kerk vormen.”
Prompt ontstond er een korte discussie. Daarbij bleven de emoties gelukkig onder controle, wat bepaald niet vanzelfsprekend is bij dit soort zaken. Sommigen meenden dat een middenpositie niet bestaat. Anderen wezen erop dat er een derde weg is: kiezen voor het Koninkrijk van God en de liefde van God voor alle partijen benadrukken.
Een vreemde vraag was het niet. Kerken in regio’s met nationale conflicten staan normaal gesproken aan de ene dan wel aan de andere kant. Hier is dat niet anders. Kerken zijn „pro-Israël” of „pro-Palestijns”.
Maar bij ons in Israël is dat allemaal niet zo duidelijk. Of beter gezegd: de opinies onder individuen variëren nogal. Er zijn er die in Israël werken, anderen doen dat in de Palestijnse gebieden. De meeste kerkgangers zijn namelijk buitenlanders en onder hen zijn nieuwtestamentici, hebraïsten, medewerkers van christelijke organisaties, leraren, gidsen en studenten. Nu weet ik dat buitenlanders politiek meestal feller zijn dan Israëliërs en de Palestijnen zelf. Maar bij ons is dat gelukkig niet het geval.
Andere kerken in Israël hebben vaak wél een duidelijke politieke kleur. Verreweg de meeste christenen zijn Arabische christenen. Zij vormen ongeveer twee procent van de Israëlische bevolking. Deze christenen zijn niet-zionistisch. Ze vinden dat er een Palestijnse staat naast Israël moet komen of dat er een democratisch-seculiere staat moet worden opgericht met gelijke rechten voor iedereen.
Natuurlijk, er zijn uitzonderingen. Er zijn ook Arabische christenen (net als moslims trouwens) die zich echt Israëliër voelen. Ze dienen in het leger en noemen zich soms niet meer Arabische Israëliër, Palestijns burger van Israël, maar „Israëlische christen.”
Dan zijn er nog evangelische christenen die tegen de oprichting van een Palestijnse staat zijn. Ze vinden dat alles onder controle van Israël moet blijven.
Leden van de gemeenten met Messiasbelijdende Joden zijn vanzelfsprekend ook pro-Israël. Ze dienen in het leger en bezetten zelfs vaak gevechtsposities. Maar de politieke denkbeelden onder deze Israëlische Joden kunnen nogal variëren.
Kortom, de gemeente is verdeeld. Gelukkig zijn er ook gelovigen aan beide zijden die elkaar opzoeken om elkaar beter te leren kennen en bruggen te bouwen.
Zij ondervinden daarbij oppositie in hun omgeving. Zo willen sommige Messiaanse Joden dat Palestijnse christenen hun theologie over het Joodse volk en Israël accepteren. Maar de bruggenbouwers zetten door; ze weten dat ze op de goede weg zijn.