Draghi krijgt waarde euro niet naar beneden
Kenners hadden verwacht dat de waarde van de euro wel wat zou dalen na het donderdag genomen rentebesluit van de Europese Centrale Bank (ECB). Maar het zogeheten Draghi-effect bleef uit.
De ECB is er nog steeds van overtuigd dat de inflatie in de eurozone door het economisch herstel op termijn naar het juiste niveau zal bewegen, zei ECB-president Mario Draghi donderdag. Na zijn woorden steeg de waarde van de euro kortstondig tot boven de 1,25 dollar. Dat was sinds december 2014 niet meer voorgekomen.
De centralebankpresident benadrukte tegelijk dat de stimuleringsmaatregelen van de ECB voorlopig nodig blijven. Ook noemde hij het beweeglijke koersverloop van de euro van de laatste tijd „een bron van onzekerheid”, omdat het nog niet duidelijk is wat de gevolgen hiervan precies zijn voor de ontwikkeling van het prijspeil in Europa.
Kenners hadden hier echter op krachtigere kanttekeningen van Draghi gerekend, omdat de euro de laatste tijd al behoorlijk omhoog was gegaan. Dat kwam volgens de centrale bankier door de goede economische omstandigheden en uitspraken „van iemand anders” over de dollar.
Daarmee leek Draghi te verwijzen naar de Amerikaanse president Trump, maar hij noemde diens naam niet. Wel haalde hij hard uit naar de Amerikaanse minister van Financiën Mnuchin, die de waarde van de dollar omlaag praatte om daarmee het Amerikaanse bedrijfsleven te helpen.
Na uitlatingen van Draghi over de rente zakte de euro overigens weer wat in waarde ten opzichte van de dollar. Draghi onderstreepte dat een renteverhoging er dit jaar waarschijnlijk nog niet inzit. Voorlopig houdt de ECB de rentetarieven in de eurozone onveranderd op hun historisch lage niveaus. De herfinancieringsrente blijft daardoor 0 procent, wat betekent dat banken gratis geld kunnen lenen bij de centrale bank.