Grotere kans op lymfklierkanker met borstimplantaat
Vrouwen met een borstimplantaat gevuld met siliconen lopen veel meer risico op een zeldzame vorm van lymfklierkanker in de borst dan vrouwen zonder implantaat. Deze vorm van lymfklierkanker heet grootcellig anaplastisch T-cellymfoom (ALCL).
Onderzoek hiernaar van VUmc, Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis, Maastricht UMC+ en Medisch Spectrum Twente is donderdag gepubliceerd in het tijdschrift JAMA Oncology.
De kans op het krijgen van de ALCL-vorm van lymfklierkanker wordt groter naarmate vrouwen ouder worden. Dat komt omdat ze langer worden blootgesteld aan de siliconen. Bij vrouwen van 50 jaar is de kans op ALCL 1 op 35.000. Bij 70-jarige vrouwen stijgt die tot 1 op 12.000 en bij 75-jarigen tot 1 op 7000.
De siliconen borstprothesen worden bij vrouwen regelmatig geïmplanteerd na amputatie van de borst vanwege borstkanker. Ook vrouwen die hun borsten te klein vinden, kunnen siliconenvullingen geïmplanteerd krijgen.
Nederland telt zo’n 200.000 vrouwen met een siliconen borstprothese. De onderzoekers vonden 43 vrouwen met ALCL, van wie er 32 een borstimplantaat hadden. Vergelijking van deze resultaten met een controlegroep liet zien dat vrouwen met een implantaat een ruim 400 keer grotere kans hebben om de zeldzame vorm van lymfklierkanker te krijgen dan vrouwen zonder implantaat.
Eerst ging het om gemiddeld twee vrouwen per jaar, maar dit aantal stijgt. „In 2017 waren het inmiddels zeventien vrouwen per jaar”, verklaarde patholoog prof. Daphne de Jong, werkzaam in het VUmc, donderdag in het tv-programma Nieuwsuur. „Die stijging is verontrustend.”
De lymfklierkanker is een reactie op het vreemde materiaal van de prothese, zegt één van de onderzoekers, plastisch chirurg prof. René van der Hulst van het Maastricht UMC+. Waardoor de siliconen uiteindelijk kanker veroorzaken, is nog altijd niet opgehelderd.
De onderzoekers brachten met behulp van een landelijke databank waarin alle verslagen van pathologieonderzoeken sinds 1990 zijn opgeslagen alle patiënten in kaart bij wie tussen 1990 en 2016 ALCL in de borst werd vastgesteld.
Al eerder bleek dat borstprothesen ook andere klachten kunnen veroorzaken, zoals moeheid, pijn in de borst en verharding door kapselvorming. Deze symptomen komen regelmatig voor.
Vrouwen met een borstprothese of een borstopvulling die klachten hebben, zoals een zwelling of knobbel in de borst, of een opgezwollen borst, kunnen het beste hun huisarts raadplegen.