Betere beloning in bouw nodig om tekort personeel op te vullen
De bouwsector zal sterk moeten inzetten op betere arbeidsvoorwaarden om arbeidskrachten aan zich te binden die anders voor andere bedrijfstakken kiezen.
Dat stelt het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in het donderdag uitgebrachte rapport ”Trends op de bouwarbeidsmarkt”.
Voor de komende vijf jaar becijfert het EIB dat er ruim 70.000 arbeidskrachten extra nodig zijn, van wie ongeveer de helft in de uitvoerende bouw. Deels groeit de werkgelegenheid, anderzijds moet de natuurlijke uitstroom door arbeidsongeschiktheid en pensionering worden opgevangen.
Van de benodigde instroom zal bijna de helft via de opleidingen gerealiseerd kunnen worden, verwacht het EIB, zeker wanneer vmbo-leerlingen actiever worden benaderd. Verder denkt het instituut aan een grotere inzet van werklozen en buitenlandse arbeidskrachten, maar dat lost het tekort nog niet op.
Uiteindelijk zullen er 25.000 arbeidskrachten van elders moet instromen, aldus het EIB.
Tijdens de crisis zijn veel mensen naar andere bedrijfstakken overgestapt. „Daarvan wordt een deel inmiddels beter beloond. Door gunstigere arbeidsvoorwaarden en een beter personeelsbeleid kan de bouw meer mensen aan zich binden. Dat zou over de gehele periode 2017-2022 30.000 extra arbeidsplaatsen kunnen opleveren.”
Zelfstandigen
Bijna de helft van de arbeidskrachten op de bouwplaats is volgens het rapport zelfstandig zonder personeel. Van deze zzp’ers kiest een ruime meerderheid bewust voor zelfstandigheid. Deze flexibilisering zet door, vooral onder voegers, stukadoors, steigerbouwers en metselaars.
Het EIB ziet het plafond wel in zicht komen. „Werkgevers zijn weer op zoek naar vaste werknemers.” Dat is vooral onder timmermannen het geval. Twee op de drie zijn in loondienst.