De sector is bang 92 miljard euro aan investeringen en 132.000 nieuwe banen mis te lopen, omdat concurrentie uit onder meer China en de Verenigde Staten op de loer ligt.

De doelstelling is nu dat in 2030 in Europa 27 procent van de energie duurzaam wordt opgewekt. Brancheorganisatie WindEurope en de topmannen van een aantal grote bedrijven in de sector willen dat dit streven wordt verhoogd naar ten minste 35 procent. Dat bleek dinsdag tijdens het Europese jaarcongres van WindEurope in Amsterdam.

Directeur Giles Dickson van WindEurope denkt dat windmolenparken alleen in 2030 makkelijk 30 procent van de Europese energievoorziening voor hun rekening kunnen nemen.

Dat zou neerkomen op een verdubbeling van de capaciteit aan megawatt die nu met wind wordt opgewekt, maar dan moet de sector wel voldoende kansen krijgen.

Op de windenergieconferentie waren onder meer de topmannen van Vestas en Siemens Gamesa aanwezig. Zij kondigden ook eigen nieuws aan. Zo gaat de Deense windmolenmaker Vestas een productielocatie openen bij de haven van Vlissingen.

Topman Mel Kroon van de Nederlandse hoogspanningsnetbeheerder TenneT vindt eveneens dat er nog veel moet gebeuren op het gebied van hernieuwbare energie. Maar volgens hem zijn er niet zozeer hogere ambities van Brussel nodig. Als landen de afspraken uit bijvoorbeeld het klimaatakkoord van Parijs echt in praktijk brengen, komt dat volgens hem op ongeveer hetzelfde neer.

TenneT bracht op de conferentie zijn ideeën over een kunstmatig eiland in de Noordzee opnieuw onder de aandacht. Er is nog meer onderzoek nodig, maar topman Kroon denkt dat het kan lonen om een eilandje te bouwen in de Noordzee om stroom van windmolenparken te bundelen en dan via grote kabels naar meerdere landen te sturen.

De netbeheerder staat niet alleen in die visie. TenneT onderzoekt de mogelijkheden in een consortium samen met onder meer het Deense Energinet. Ook het Havenbedrijf Rotterdam heeft zich bij het groepje initiatiefnemers aangesloten.