Zet Bijbellezen en bidden op to-do-lijstje
Achter onze drukke agenda’s kan de grijns van de duivel schuilgaan die ons opjaagt, bezighoudt, afleidt en verleidt, waarschuwt ds. K. Hoefnagel.
Hij liep met mij op, op weg naar de catechisatie, sporttas aan zijn schouder. Hij moest om 7.00 uur volleyballen. En of ik de catechisatie svp niet uit wilde laten lopen.
Hij had na school twee uur bij de super gewerkt. „Heb je wel gegeten?” „Even gauw.” „En hoe is het me je zus, is die al wat opgeknapt?” Hij had haar niet gezien aan tafel, want ze zat met haar vriend bij de makelaar.
Eerst ik, dan Hij
Wat hebben we het toch druk. En echt niet met allemaal verkeerde dingen. Iedereen heeft het druk, jong en oud. Zo druk dat een week, die echt net zo lang is als vroeger, voor ons gevoel steeds sneller voorbij is. En zoals het met een week gaat, zo gaat het met een maand, een jaar, ons leven…
De tijd heeft ons, zo wordt weleens gezegd, en daarom hebben wij geen tijd. Hebben we nog tijd om de Heere te zoeken en het allerbelangrijkste in onze agenda te zetten? Of denken we misschien dat we het morgen rustiger zullen hebben? Zelfs de godvrezende Martha uit Bethanië, die zich druk maakte om van alles en nog wat, kreeg te horen dat er maar één ding nodig is. Eén ding, dat is niet veel. Maar het is tegelijk alles.
Dat er één ding nodig is, betekent niet dat al het overige wat we (moeten) doen overbodig is. Maar het ene nodige moet op de eerste plaats komen. „Zoek eerst het Koninkrijk van God.” Ik denk dat dit overigens het ‘probleem’ van alle tijden is. Het probleem van een mens zonder God: eerst ik, dan Hij. Maar dat moet echt veranderen.
Goede keuze
Kan hierin verandering komen? Er móét verandering komen, anders komt het niet goed. Hoe dan? In de eerste plaats moet bij ons het besef sterker worden van de waarde van de tijd die we toegemeten krijgen. Geld heeft zijn waarde, maar de tijd nog veel meer. De Bijbel spreekt over de tijd die ons tussen wieg en graf wordt toebedeeld in verheven termen: de ”welaangename” tijd, de ”tijd van het welbehagen”, de ”dag der zaligheid”, ook wel ”genadetijd” genoemd (2 Kor. 6:2).
Waarom? Omdat de tijd voorafgaat aan de eeuwigheid. Aan het moment van de ontmoeting met de Heere. Zo gezien wordt de periode die we op aarde verblijven een allesbeslissende, een hoogst belangrijke tijd. In het leven, waarin we voortdurend keuzes maken, moet ook de goede keuze worden gemaakt.
Van deze werkelijkheid moet ik doordrongen worden. Vooral omdat de duivel het belang en het gewicht van de tijd scherp inziet. De duivel probeert de ”kleine tijd” die hij heeft zo goed mogelijk te besteden, namelijk om ons af te trekken van de noodzakelijke dingen en ons bezig te houden met andere dingen. Met onbelangrijke, maar ook met belangrijke dingen. Zolang we maar vergeten dat er ook nog primaire dingen zijn. Zelfs ons werk, onze studie en ons ambt zijn secundair vergeleken bij wat de Heere Jezus het ”ene nodige” noemt. Hoezeer we ook in alle opzichten ons best moeten doen, God roept ons op om allereerst Hem te zoeken, „terwijl Hij te vinden is” (Jes. 55:6).
Drukke Daniël
Gaan we de waarde van de kostbare tijd inzien, dan moet er vervolgens structuur in ons leven komen. Ook ten aanzien van een juist gebruik van onze tijd. Een halfuur Bijbellezen en bidden per dag. Het hele gezin minstens één keer per dag gezamenlijk aan tafel met bidden, lezen en danken. Kijken wat je uit je agenda schrappen kunt. Het hele gezin aanwezig bij huisbezoek. Op zaterdagavond gewoon thuis of vroeg thuis. De dag des Heeren komt eraan. De drukke Daniël tot voorbeeld nemen. Structuur.
Kijk, daar heeft de duivel een hekel aan. En daarom moeten we niet naïef zijn, maar inzien dat hij rondgaat als een woeste en hongerige leeuw. Hij wil ons afleiden van het ene nodige. Achter onze drukke agenda’s kan de grijns van de boze schuilgaan. Kostbare tijd wordt verspild.
Ik houd ook wel van een spannend boek. Maar moeten we de ene thriller na de andere lezen? Wat is er tegen het maken van een legpuzzel? Maar het slokt wel veel tijd op. En hoeveel tijd besteden we aan de verzorging van ons lichaam? Ook dat moet. Maar vergelijk die tijd eens met de tijd die je besteedt aan de verzorging van je ziel.
Natuurlijk is het waar dat de Heere ook werkt. Gelukkig wel. Hij werkt „zolang het dag is.” Maar dat neemt niet weg dat we oog moeten krijgen voor de duivel, die ons opjaagt, bezighoudt, afleidt, verleidt, en dat tot de laatste dag van ons leven. Onze to-do-lijstjes hebben zeker hun nut. Ze brengen structuur en rust aan in ons leven. Maar als op dat lijstje Bijbellezen en gebed ontbreken, dan hebben we Luther nooit begrepen. Hij zei: „Hoe meer werk ik heb, hoe meer ik bid.”
De auteur is christelijk gereformeerd predikant in Meerkerk.