Werkgevers verdeeld over korte WW–uitkering
De werkgeversorganisaties zijn verdeeld over de toekomst van de WW. VNO–NCW is het eens met het kabinet om de WW af te schaffen voor mensen die kort hebben gewerkt. MKB–Nederland wil de korte WW juist behouden. Dat hebben zij dinsdag gezegd.
Ontslagen mensen met weinig werkervaring hebben recht op een kortdurende WW–uitkering. Zij krijgen maximaal een half jaar lang 70 procent van het minimumloon. Mensen die lang hebben gewerkt, krijgen na ontslag 70 procent van hun laatstverdiende loon.
Door het verschil van mening tussen de werkgevers zal de Sociaal–Economische Raad (SER) over twee weken een verdeeld advies aan het kabinet uitbrengen over de kortdurende WW. Naast de werkgeversorganisaties zitten ook de vakbonden en kroonleden, die worden benoemd door het kabinet, in het adviesorgaan. De bonden zijn net als MKB–Nederland voor behoud van de uitkering.
Directeur sociale zaken van VNO–NCW J. van den Braak zegt dat het afschaffen van de korte WW mensen stimuleert om sneller weer aan de slag te gaan. Maar volgens secretaris sociale zaken van MKB–Nederland K. Kuiper maakt de uitkering werklozen niet lui. „De kortdurende WW is geen vetpot en het loopt snel af."
Naast het advies over de kortdurende WW, heeft het kabinet de SER ook om raad gevraagd over de hoogte en de maximale duur van de hele WW. VNO–NCW heeft er weinig vertrouwen in dat deze aanvraag over een paar maanden wel tot een breed gedragen advies zal leiden binnen de SER. MKB–Nederland wil hier niet op vooruitlopen.
Minister Zalm van Financiën wil het advies in ieder geval niet afwachten. Hij zei afgelopen weekeinde dat het kabinet zelf een besluit moet nemen over de WW. Minister De Geus van Sociale Zaken heeft eerder plannen van de VVD–bewindsman om de WW–duur te bekorten tegengehouden. Hij zei ook maandag weer de wet niet te willen verslechteren.