Creationisme officiële leer van Rooms-Katholieke Kerk
De laatste drie pausen hebben zich positief uitgelaten over de evolutietheorie. Toch is de Rooms-Katholieke Kerk officieel het creationisme toegedaan en dat zal zo blijven, stelt prof. dr. Benno Zuiddam.
Heeft paus Franciscus heimelijk afgerekend met het Bijbelse scheppingsverhaal? Is er een nieuwe officiële leer van de kerk die Genesis beziet door de bril van de evolutietheorie? Hoewel het artikel ”Herschreven schepping” (RD 25-9) een andere indruk kan wekken, is het korte antwoord op deze vragen: nee.
Er is regelmatig verwarring over de scheppingsleer van de Rooms-Katholieke Kerk. De media helpen daaraan mee. Zodra de paus iets zegt wat progressief lijkt, wordt het opgeblazen. Toen Franciscus in 2014 zei dat de big bang en evolutie prima samengaan met het Bijbelse scheppingverhaal, leverde dat allerlei sensationele krantenkoppen op. De paus zou in het kamp van de evolutionisten zijn geland. Toch zei de paus niets anders dan zijn twee voorgangers al eerder hadden gedaan. Eigenlijk paste wat Franciscus inhoudelijk zei niet bij evolutie maar bij intelligent design. Daarover bleven de media echter stil. Men gebruikt deze paus graag voor de eigen agenda.
Nu is het inderdaad zo dat de laatste drie pausen uitspraken hebben gedaan die neigen naar het theïstisch evolutionisme. In een lezing in 1996 sprak Johannes Paulus II positieve woorden over evolutie als wetenschappelijk feit. Wat de media toen verzwegen, was dat de paus het over kosmologische evolutie had (natuurwetenschappelijke ontwikkeling van het universum). Over evolutie in biologische zin was Johannes Paulus II uiterst terughoudend en vooral kritisch. Zijn opvolger Benedictus XVI was gewoonlijk zeer diplomatiek in zijn taalgebruik en benadrukte dat evolutie een hypothese is die zijn functie vooral heeft als pragmatische theorie voor toetsbare verschijnselen.
Deze verschuiving in het persoonlijk spreken van de laatste drie hoofdbewoners van het Vaticaan heeft mede te maken met de druk van uit hun omgeving. Met name de jezuïetenorde, die grotendeels het rooms-katholieke onderwijs beheerst, speelt hierin een grote rol. Uit hun gelederen kwam Georges Lemaître, de briljante Belgische uitvinder van de big bang. Ook Pierre Teilhard de Chardin, die met zijn synthese van het christelijk geloof en de evolutietheorie veel invloed had, was jezuïet.
Verder is het voor buitenstaanders belangrijk om te beseffen dat in de Rooms-Katholieke Kerk een belangrijk onderscheid wordt gemaakt tussen de persoonlijke mening van een paus en officiële uitspraken die hij doet als vertegenwoordiger van Christus, het magisterium. Historisch en dogmatisch gesproken is het magisterium van de Roomse Kerk het creationisme toegedaan.
De meest gedetailleerde leeruitspraak dateert van ruim honderd jaar geleden (1909). Toen sprak de Pauselijke Bijbelcommissie zich uit over de eerste hoofdstukken van Genesis. Samen met relevante gedeelten uit de encycliek Humani Generis vormt dit de laatste gezaghebbende leeruitspraak van de kerk over de evolutietheorie en Genesis. Elke rooms-katholiek die dit openlijk betwijfelt, belaadt zich krachtens een pauselijke ex-cathedra-uitspraak uit 1907 met ”culpa gravi”, ofwel doodzonde.
Jonge aarde
In navolging van de apostelen, kerkvaders en concilies leert de Rooms-Katholieke Kerk dat de eerste drie hoofdstukken van Genesis een letterlijke en historische betekenis hebben. Specifiek moet elke katholiek aanvaarden als geschiedenis: de onmiddellijke schepping van de mens, de schepping van Eva uit Adam en het letterlijk gebeuren van de zondeval, de rol van de slang ingesloten. Exegeten zijn echter vrij in hun interpretatie van het woord ”dag” in Genesis. Zowel de eigenlijke (sensu proprio) als oneigenlijke betekenis (sensu improprio) is toelaatbaar, mits aan de eerder genoemde voorwaarden voldaan is.
Belangrijk is dat de Pauselijke Bijbelcommissie vaststelde dat de kerkvaders nagenoeg unaniem zijn in hun letterlijke interpretatie van Genesis 1-3 als een historisch gebeuren. Allen geloofden in een jonge aarde. Deze lijn werd voortgezet door het vierde Lateraans Concilie. De grootste geleerde van de middeleeuwen, Thomas van Aquino, leerde specifiek sensu proprio.
Deze opvatting bleef algemeen in de Rooms-Katholieke Kerk tot in de twintigste eeuw. Toen begonnen prominente wetenschappers, zoals De Chardin, mythologie in de Bijbelwetenschappen en darwinisme elders te promoten. Toch bleven de uitspraken van de Bijbelcommissie de officiële leer van de kerk. Dat bleek in 1948, toen de Franse kardinaal Suhard probeerde om de pauselijke uitspraken over Genesis te laten intrekken. Daarvan wilde het Vaticaan geenszins weten.
Voorzichtig
De persoonlijke uitspraken van de laatste drie pausen ten gunste van theïstisch evolutionisme geven de indruk dat zij inderdaad niet langer volledig de uitspraken van de Bijbelcommissie geloven. Een goede paus maakt echter onderscheid tussen dat waar hij persoonlijk geloof aan hecht en dat wat de doorgaande en gezaghebbende leer van de apostolische kerk is. De oude leer wordt niet openlijk ontkend –welke paus wil zich trouwens schuldig maken aan doodzonde?– en men hoedt zich ervoor om niet aan voorbijgaande wetenschappelijke theorieën de status van feit of dogma te geven.
Daar zijn goede redenen voor. Als evolutie Gods scheppingsmechanisme was, dan was er voor de erfzonde geen plaats meer. Wie theïstisch evolutiegeloof aanhangt en consequent wil zijn, moet uiteindelijk zijn godsbeeld bijstellen. De god van het theïstisch evolutionisme voltrekt zijn schepping langs de weg van een eindeloze hel van lijden, dood en verderf, waaruit uiteindelijk na biljoenen jaren de mens opstaat. Op zijn best stopt God zielen in ellendige humanoïden die een kansloos begin moeten maken in een wereld die reeds lang onderworpen was aan een kosmische vloek. Dat staat theologisch mijlenver af van Genesis en de liefdevolle Vader, Die sprak dat het zeer goed was.
Het is niet te verwachten dat de officiële rooms-katholieke scheppingsleer wordt herzien. De kerk heeft daar behalve goede theologische argumenten ook kerkrechtelijke redenen voor. De scheppingsleer is niet alleen gekoppeld aan het gezag van de Schrift en de unanimiteit van de kerkvaders, maar ook aan de uitspraken van meerdere concilies en het magisterium van de kerk.
Inderdaad, creationisme is soms roomser dan de paus.
De auteur is onderzoekshoogleraar Nieuwe Testament, Grieks en kerkgeschiedenis aan de North West University in het Zuid-Afrikaanse Potchefstroom en voorganger in de Anglicaanse Kerk van Australië. Een uitgebreide Engelse versie van dit artikel is te lezen op bennozuiddam.com.