Gemengd beeld op afwachtende beurzen
De Europese aandelenbeurzen lieten donderdag weinig beweging zien. Beleggers wachten op nieuwe impulsen na de recente sterke opleving van de markten. Verder werd uitgekeken naar het rentebesluit van de Bank of England en de inflatiecijfers uit de Verenigde Staten.
De AEX-index op Beursplein 5 noteerde rond het middaguur 0,1 procent hoger op 529,22 punten. De MidKap daalde 0,2 procent tot 812,06 punten. De beurzen in Parijs en Frankfurt zakten 0,1 en 0,3 procent. De Londense FTSE-index steeg een fractie.
Sterkste stijger in de AEX was supermarktconcern Ahold Delhaize met een winst van ruim 2 procent. Verzekeraar Aegon, die in de afgelopen dagen sterk is gestegen, stond onderaan met een min van 1,8 procent. Staalproducent ArcelorMittal en verzekeraar NN Group maakten eveneens deel uit van de staartgroep met verliezen van 1,4 en 0,7 procent.
Philips bleef onveranderd. Het zorgtechnologiebedrijf ving bot bij het Europees Hof van Justitie in een rechtszaak tegen een miljardenboete wegens verboden prijsafspraken.
In de MidKap sloot WDP de rij met een min van 1,7 procent. Het logistiek vastgoedbedrijf heeft 17 miljoen euro opgehaald met de uitgifte van nieuwe aandelen voor de overname van een industriële locatie in België.
Koploper bij de middelgrote bedrijven was trustkantoor Intertrust met een plus van 0,9 procent. ASR verloor 0,9 procent. De Nederlandse staat heeft het laatste stukje van het belang in de verzekeraar verkocht. ASR is daarmee definitief staatsbedrijf af. De staat had nog een belang van iets meer dan 20 procent in ASR.
Next maakte in Londen een koerssprong van 12 procent. De Britse kledingverkoper verhoogde zijn winstverwachting voor dit jaar.
Hermès daalde meer dan 2 procent in Parijs. Het Franse modehuis is nog nooit zo winstgevend geweest als is in de eerste zes maanden van 2017, maar waarschuwde voor mindere resultaten in de twee jaarhelft.
In Frankfurt zakte Munich Re 0,2 procent. De herverzekeraar houdt er rekening mee dat zijn winstdoelstellingen niet gehaald worden vanwege de verwoesting door de orkanen Harvey en Irma.
De euro was 1,1901 dollar waard, tegen 1,1893 dollar een dag eerder. De prijs van een vat Amerikaanse ruwe olie klom 0,5 procent tot 49,53 dollar. Brentolie kostte 0,3 procent meer op 55,33 dollar per vat.