Kleine uitslagen op Wall Street
De aandelenbeurzen in New York zijn dinsdag zonder al te grote uitslagen de handel uitgegaan. Enerzijds ebde de onrust rond Noord-Korea verder weg, wat de afgelopen dagen ook al voor opluchting zorgde op de financiële markten. Beter dan verwachte cijfers over de winkelverkopen zetten anderzijds druk op de graadmeters. Dit kan er namelijk voor zorgen dat de Federal Reserve mogelijk de rente sneller zal verhogen.
De leidende Dow-Jonesindex sloot uiteindelijk vlak op 21.998,99 punten. De brede S&P 500 noteerde een min van 0,1 procent tot 2464,61 punten en ook technologiegraadmeter Nasdaq zakte 0,1 procent tot 6333,01 punten.
Internetretailer Amazon sloot met een verlies van 0,1 procent. Volgens ingewijden wil het bedrijf 16 miljard dollar ophalen bij investeerders om de overname van supermarktconcern Whole Foods Market te betalen. Het zou voor het eerst sinds 2014 dat Amazon leningen in de markt zet.
Doe-het-zelfketen Home Depot verhoogde zijn verwachtingen voor de winst en omzet in het gehele jaar, maar werd door beleggers 3 procent lager gezet. De klusketen profiteert van het aanhoudende herstel op de Amerikaanse woningmarkt. Daardoor zijn Amerikanen bereid meer geld uit te geven voor klussen in en rond het huis.
Modemerk Coach (min 15 procent) ging onderuit nadat het met tegenvallende vooruitzichten naar buiten kwam. Verder vielen de resultaten van Dick’s Sporting Goods (min 23 procent) niet in goede aarde. Beleggers maken zich zorgen over de uitbreidingsplannen van het bedrijf. Daarmee zou Dick’s, de inspanningen ten spijt, volgens kenners niet kunnen concurreren met online-aanbieders van sportkleding.
Creditcardmaatschappij Synchrony Financial sloot 4,6 procent hoger. De bekende belegger Warren Buffett heeft via zijn investeringsbedrijf Berkshire Hathaway voor 520 miljoen dollar een belang genomen in Synchrony. Berkshire verkocht daarnaast zijn belang in General Electric en bouwde de deelnemingen in IBM en Costco af. Die bedrijven verloren tot 0,9 procent aan beurswaarde.
Verder ging het aandeel van Advance Auto Parts (min 20 procent) stevig onderuit, nadat het bedrijf waarschuwde voor moeilijke omstandigheden in de markt voor auto-onderdelen.
De euro was 1,1739 dollar waard, tegen 1,1725 dollar bij het slot van de Europese beurzen. Een vat Amerikaanse olie kostte een fractie meer op 47,60 dollar. Brentolie stond 0,2 procent hoger op 50,85 dollar.