Ruzie over nieuwe Iraakse regering houdt aan
Het gekrakeel rond de invulling van verscheidene politieke posten in de nieuwe Iraakse regering blijft aanhouden. Iraki’s en Amerikanen lijken het maar niet eens te kunnen worden over wie de nieuwe president en wie vice–president moeten worden. Voor maandag belegde gesprekken over de benoeming van een nieuw Iraaks staatshoofd werden op verzoek van de Verenigde Staten op het laatste moment uitgesteld.
De Iraakse regeringsraad beklaagt zich over de te grote bemoeienis van Washington in het selecteren van de president. „Er is behoorlijk wat inmenging. Ze zouden de Iraki’s zelf moeten laten beslissen. Dit is een Iraakse zaak", aldus raadslid Mahmoud Othman. De Amerikaanse bewindvoerder in Irak Paul Bremer en de speciale VN–gezant Lakhdar Brahimi zouden bovendien de regeringsraad te weinig zeggenschap geven in deze zaak en geen overleg voeren met Iraakse groeperingen buiten de raad.
Vragen rijzen daardoor over de legitimiteit van de nieuwe regering. „We hoopten dat deze regering enige legitimiteit zou hebben maar als de regering op deze manier wordt gevormd, zal de Iraakse bevolking haar afwijzen", meent een naaste medewerker van raadslid Muhammadawi.
Kleine partijen die geen zitting hebben in de regeringsraad beklagen zich ook over het hele proces dat in hun ogen niet democratisch verloopt. „Ons is een onafhankelijke benoeming door de Verenigde Naties belooft, maar wat we nu zien zijn dezelfde gezichten in een nieuw decor en op nieuwe stoelen", zei een woordvoerder van een unie van 32 kleinere partijen.
Ook de Raad van Soennitische Oelema’s, een van de belangrijkste soennitische organisaties in Irak, heeft kritiek. „De Amerikanen willen dat hun vrienden deelnemen aan de regering terwijl de Irakezen hopen dat de nieuwe regering neutraal is. We hopen dat de Amerikaanen lering trekken uit de regeringsraad en het Iraakse volk zijn regering laat kiezen", zei een woordvoerder maandag.
De Iraakse regeringsraad heeft het oog voor het vooral ceremoniële ambt van president laten vallen op Ghazi al–Yawar die sinds twee weken aan het hoofd staat van de regeringsraad. Hij volgde de vermoorde voorzitter Izzedin Salim op. Al–Yawar verliet Irak in 1990 en wordt nu gezien als een persoon die eenheid in Irak kan smeden. Hij onderhoudt goede contacten met zowel de soennitische, sjiitische als de Koerdische gemeenschap en met alle leden van de regeringsraad.
De Amerikaanse bewindvoerder in Irak Paul Bremer en VN–gezant voor Irak Lakhdar Brahimi hebben evenwel een voorkeur voor de 81–jarige soenniet Adnan Pachachi, oud–minister van Buitenlandse Zaken. Sommige raadsleden zien in Pachachi een supporter van het Arabische nationalisme, een centraal thema van de Baath–partij van Saddam Hussein. Verscheidene sjiitische en Koerdische raadsleden zouden het bovendien niet goed kunnen vinden met de voormalige minister.
Een maand voor de souvereiniteitsoverdracht van 30 juni staat alleen vast dat Iyad Allawi de nieuwe premier wordt en dat de ministers van Binnenlandse Zaken, Buitenlandse Zaken en Defensie hun post houden. Over de zeggenschap van de nieuwe regering over de internationale troepenmacht wordt nog druk overleg gevoerd, aldus de hoogste Amerikaanse militair, generaal Myers. Washington gaat er daarbij van uit dat Irak de coalitietroepen nodig heeft en wil houden om de veiligheid te waarborgen.
In het pinksterweekeinde vielen er weer talrijke doden in Irak. Dertig aanhangers van de radicale geestelijke Muqtada al–Sadr vonden de dood bij gevechten in Kufa en een autobom eiste maandag in Bagdad zeker vier levens. Minstens zeven Amerikaanse militairen vonden dit weekeinde de dood door gevechten en aanslagen. Een lijfwacht en de chauffeur van een Nederlands journalistenechtpaar werden vrijdag ontvoerd en zijn zaterdag dood teruggevonden.