Column: Bromvlieg
Het RD is een fantastische krant die elk jaar de actie Draagt Elkanders Lasten organiseert. Afgelopen keer bracht dat een recordbedrag op van bijna 7 ton. Dat ging allemaal naar de Kaukasus, naar mensen die het nodig hebben. Als er ergens hongersnood is, maakt deze krant daar duidelijk melding van en brengt het werk van ontwikkelingsorganisaties goed onder de aandacht.
Je zou denken: die ongelijke wereld wordt door al dat gulle geven net ietsje minder scheef. Langzamerhand, of nou ja, in ieder geval voor een tijdje, krijgen mensen ginder het beter…
Nu de lezer met deze positieve inleiding in de juiste stemming is gekomen voor een tevreden bakje avondkoffie, ga ik even de vervelende bromvlieg in de kamer uithangen. Ik hoop dat u dat als lezer kunt hebben. Want de realiteit is dat media niet altijd het hele verhaal vertellen.
Eerst iets over die scheve verdeling in de wereld. Rekent u maar even mee. Nederland heeft 17 miljoen inwoners. Burkina Faso, een arm West-Afrikaans land, heeft bijna 16 miljoen inwoners. De Nederlandse economie is nu 68 keer zo groot als die van Burkina Faso. Stel dat de Nederlandse economie met 1 procent per jaar groeit, en de Burkinese met 5 procent per jaar. Stel dat dit veertig jaar zo zou aanhouden. Zelfs na die veertig jaar is onze economie nog steeds vijftien keer zo groot als die van Burkina. Vergelijk het met een schildpad en een tijger die samen de marathon lopen. De schildpad gaat uit alle macht vijf keer harder sloffen. De kuierende tijger zet er iets meer de pas in. Raden wie er wint.
Ongelijkheid is dus hardnekkig. Burkina zal keihard moeten werken om een sterkere economische positie in de wereldeconomie te verwerven.
Als dit het enige was, nou vooruit, dan zouden politiek leiderschap, een verstandig economisch beleid, ondernemingszin, doorzettingsvermogen, een flink bedrag aan ontwikkelingshulp en nog wat van die ingrediënten de juiste cocktail zijn voor een land als Burkina Faso.
Maar nu de bromvlieg. Wereldwijd werd in 2016 een recordbedrag van 126 miljard euro aan ontwikkelingshulp gegeven. Daarnaast werd een veelvoud van dit bedrag aan private investeringen gedaan in ontwikkelingslanden. Daartegenóver staat echter dat een nog veel groter aantal miljarden vanuit deze landen naar landen als Nederland stroomt.
Een van de belangrijkste redenen: bedrijven laten hun productie in ontwikkelingslanden plaatsvinden, maar betalen er daarginds geen belasting over. Er zijn allerlei constructies mogelijk voor internationale bedrijven om belasting te ontwijken. En helaas maken sommige landen, waaronder Nederland, het heel gemakkelijk voor bedrijven om dat te doen. Een recent Amerikaans rapport spreekt over 14,5 biljoen euro (dus veertien en een half duizend miljard) dat ontwikkelingslanden sinds 1980 op die manier misgelopen zijn. Dat bedrag staat ongeveer gelijk aan het bruto nationaal product in 2016 van alle 28 EU-lidstaten bij elkaar opgeteld. Daar krijg je het koud van, maar in de kranten lees je er minder over.
Voor u als lezer van deze column is dit wellicht een knap vervelende bromvlieg. U doneert maandelijks uit overtuiging aan goede doelen, maar loopt nu rond met de knagende gedachte dat al dat geld die arme landen gelijk weer uit vliegt. Maar niet meer doneren dan?
Toch niet. Wat we kunnen doen, is onze verontwaardiging uiten over dit soort wantoestanden, bij de bedrijven zelf. Of via maatschappelijke organisaties die politieke contacten hebben, zoals Woord en Daad. We kunnen van de politiek maatregelen vragen. In de Tweede Kamer legt een ondervragingscommissie belastingspecialisten en investeerders het vuur na aan de schenen over hoe zij omgaan met mazen in de wet. In Brussel vraagt EU-commissaris Moscovici de lidstaten steun voor een plan om foute belastingadviseurs en tussenpersonen te kunnen aanpakken.
Het doel? Dat bijvoorbeeld een westers mijnbouwbedrijf dat in Burkina Faso goud delft, aan de overheid dáár normaal belasting afdraagt. Met die inkomsten kan de Burkinese overheid publieke voorzieningen zoals wegen, onderwijs en gezondheidszorg verbeteren. Dát is pas vooruitgang.
De omgekeerde wereld. Dat gevoel krijg je als je alles op je laat inwerken. Je kunt niet wachten met het steunen van je naasten totdat alle bromvliegen weggevlogen zijn. En overigens ken ik genoeg mooie voorbeelden van geslaagde ontwikkelingsprojecten. Een jongere die een goede baan kreeg. Een boer die nu een bloeiend bedrijfje runt. In deze omgekeerde wereld moet je soms het ene doen en het andere niet nalaten.
Evert-Jan Brouwer is politiek adviseur Woord en Daad. Reageren? rubriekforum@refdag.nl