Recept: rijp, rood, romig, tomatensoep
„Dit wordt het zondag.” Aan mijn bureau staat een collega, met een geprint A4’tje tussen duim en vingers. Op het papier staat een recept voor aspergesoep. „Maar het is niet van jouw hand”, gaat hij verder. Zijn wangen lachen, maar in zijn stem klinkt tegelijk iets van een verwijt door. Alleen die collega kan dat zo.
Hij eet elke zondag soep. De ene week tomatensoep, de andere groentesoep, als ik me goed herinner. Best lekker. Maar soms wil je eens wat anders, vertrouwt hij me toe. Of ik geen idee heb, voor later. Want eerst is het aspergesoeprecept aan de beurt. Zorgvuldig opgezocht door de vrouw des huizes, gehoorzaam geprint door haar echtgenoot.
Het is minstens drie jaar geleden, dit voorval. Terwijl ik roer in de pan met wat-tomatensoep-gaat-worden, denk ik eraan terug. Van het soeprecept is nooit wat terechtgekomen. Zou mijn collega nog altijd teren op voornamelijk tomaten- en groentesoep? Hij is vast niet de enige. En ach, met goede groente- en tomatensoep kun je tijden vooruit.
Toen ik in de winkel heerlijk geurende tomaten rook, besloot ik ook weer eens tomatensoep te maken. Kies een smaakvolle soort en neem goed rijpe exemplaren. Met extra groenten –wortel, bleekselderij, ui en knoflook– krijgt de soep meer smaak. De staafmixer is ideaal om oneffenheden weg te poetsen, zodat ook lastige eters zonder morren, eh, met iets minder morren, wat eten. („Toch raar dat kinderen nooit hun schoenen kunnen vinden, maar wel dat ene stukje courgette in de pastasaus”, las ik pas. De spreuk kreeg een ereplaats op de koelkast.)
Ik hecht niet zo aan vlees in soep, maar omwille van de kinderen gooi ik er wat balletjes in. Staat ook wel zo leuk in een verder eentonig rode massa. Al fleurt een handjevol basilicumblad of bieslook de soep ook enorm op.
Ik draaide de soepballetjes ditmaal van varkenssaucijsjes. De gekruide worst zorgt supersnel voor smeuïge en smaakvolle balletjes. Dat is handig in vakantietijd. Ze smaken trouwens ook lekker in groentesoep.
Tomatensoep
Ingrediënten (8 borden)
1,5 kg rijpe tomaten
1 grote ui
2 tenen knoflook
2 kleine winterpenen
2 stengels bleekselderij
2 el olijfolie
1 tl gedroogde tijm (of 3 tl verse tijmblaadjes)
2 of 3 bouillonblokjes (bijv. rundvlees)
1-2 tl suiker
1,5 l kokend water
250 g saucijs of verse worst
Bereiding
Was de tomaten, snijd ze in kwarten, verwijder de harde groene kern. Schil en snipper de ui en knoflook. Maak de winterpenen en de bleekselderij schoon en hak in kleine stukjes.
Verwarm de olie in een grote (soep)pan. Fruit ui, winterpeen, bleekselderij en knoflook op laag vuur ongeveer 5 minuten, tot de groente wat zachter wordt. Voeg dan de tijm en de tomaten toe, laat nog zo’n 5 minuten sudderen.
Verkruimel de bouillonblokjes en voeg ze samen met het water toe. Laat de soep 15 minuten zachtjes koken.
Pureer de soep, bijvoorbeeld met de staafmixer. Voeg suiker naar smaak toe. Haal het worstvlees uit het velletje en rol er kleine balletjes van. Voeg ze toe aan de soep en laat ze 5 à 10 minuten garen.
NB: De suiker neutraliseert de lichtzure smaak van de tomaten ietwat. Gebruik het naar smaak. Wie houdt van een romige soep kan een scheutje ongeslagen room of koffieroom/koffiemelk toevoegen.