Assad bidt ver van huis
De Syrische president Bashar al-Assad heeft zondag ter gelegenheid van het Eid al-Fitr, het feest van het einde van de vastenmaand, ver van de hoofdstad, in een moskee in de stad Hama gebeden. Syrische staatsmedia toonden de president met geestelijken, parlementsleden en burgers in de al-Nouri-moskee in Hama, ruim 180 kilometer en noorden van Damascus.
Assad is volgens waarnemers in geen jaren zo ver van Damascus geweest. Het zou een teken kunnen zijn dat hij meer vertrouwen heeft als winnaar uit de burgeroorlog te komen. Volgens de voorganger in de dienst, sjeik Nahjem Eddin al-Ali, duurt dat niet lang meer. „De Syriërs zijn enkele stappen verwijderd van de overwinning en van de terugkeer van veiligheid en vrede in het land”, aldus sjeik al-Ali.
Sinds de clan van de familie Assad in 1970 aan de macht kwam is Hama zwaar getroffen. Begin jaren tachtig sloeg Assads vader Hafez er bloedig een opstand van soennieten neer. Die zou aan 10.000 tot 25.000 mensen het leven hebben gekost. Aan het begin van de huidige burgeroorlog in 2011 was Hama een centrum van protest tegen Bashar al-Assad dat bloedig is onderdrukt.