College bij Voetius
""Poeta laureata”. Anna Maria van Schurman, de eerste studente in 1636” (uitg. Universiteit Utrecht, 2004; ISBN 90 76912 47 5; 32 blz.) is te bestellen via didi.vanzoeren@let.uu.nl. Voor een geleerd publiek uit Utrecht en Stellenbosch verdedigde Pieta van Beek vorig jaar de stelling dat Anna Maria van Schurman de eerste vrouwelijke student is geweest. Die lezing is nu in druk gepubliceerd, als opmaat van het boek ”De eerste studente”, dat eind dit jaar moet verschijnen.
Dat kwam zo. In 2001 werd het 365-jarig bestaan van de Utrechtse universiteit gevierd, ook door de alumni in Zuid-Afrika. Stellenbosch mocht daarbij alleen als couleur locale functioneren - terwijl de Afrikaanse universiteit toch ooit vanuit Utrecht gesticht werd. „Als we een zwarte instelling geweest waren, was dat natuurlijk in Nederlandse ogen positiever geweest. Ik ben mijn lezing toen begonnen met de opmerking dat een vrouw in ballingschap ooit zuchtte: ”O Utrecht, lieve stad, hoe zou ik u vergeten”. Iedereen dacht dat het over mij ging. Maar het waren regels van Anna, die als vrouw 365 jaar geleden achter een gordijn in de Utrechtse collegezaal moest zitten: net als wij in Stellenbosch niet voor vol aangezien.”
Dat hielp. Pieta van Beek kreeg van de rector magnificus van de Utrechtse universiteit de opdracht een boek over Anna Maria van Schurman te schrijven. Om het herstel van de betrekkingen tussen beide universiteiten te vieren, gaf ze in een lezing alvast een voorproefje van dat boek.
„Wat maakt iemand in de zeventiende eeuw tot student? Niet de inschrijving in het album studiosorum -dat deed lang niet iedereen-, wel het bijwonen van colleges. En dat deed Anna. Ze volgde de openbare hoor- en dispuutcolleges, maar ook privé-colleges bij Voetius thuis. Alleen kon ze geen examen afleggen, omdat ze theologie studeerde en vrouwen nu eenmaal geen kerkelijke examens mochten doen. Toch werd ze door Jacobus Lydius uitgenodigd om haar licht te laten schijnen over 1 Korinthe 15:29, over de ”doop voor de doden”. Hoogleraar Cloppenburg verwerkte dat later in een boek: Dit zegt Chrysostomus, dit zegt Erasmus, dit zegt Van Schurman erover. Als godgeleerde werd ze volstrekt serieus genomen.”